Alle kans dat de Amerikanen over een kleine elf maanden Donald Trump voor de tweede keer tot hun president gaan verkiezen, net als in 2016. Maar het is ook denkbaar dat zij daartoe niet eens de kans krijgen omdat zijn naam niet op het stembiljet staat vermeld. Dat kan het gevolg zijn van een ingewikkeld juridisch steekspel dat deze week in Colorado een opvallende wending nam.

Volgens het Hooggerechtshof in deze staat in het zuidwesten van de Verenigde Staten mag Trump niet meedoen aan de Republikeinse voorverkiezingen die in Colorado voor maart op de agenda staan. Het argument is dat de man zich ten tijde van de bestorming van het Capitool begin januari 2021 schuldig heeft gemaakt aan opstand en rebellie. Hij riep zijn aanhang toen op naar de parlementsgebouwen in de hoofdstad Washington te gaan en daar te demonstreren tegen de formele aanwijzing van de Democraat Joe Biden tot 46ste president; Trump vond dat hijzelf had gewonnen. Het bleef niet bij een demonstratie, het werd een veldslag. Tientallen parlementsleden, opgejaagd door een woedende en op rellen beluste menigte, renden in de gangen van het Capitool voor hun leven, vicepresident Mike Pence werd bijna opgehangen – hij was de kwade genius want hij bekrachtigde de benoeming van Biden.

Voor zijn uitspraak is het Hooggerechtshof in Colorado te rade gegaan bij een stoffig amendement op de Grondwet dat dateert van vlak na de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) en dat bepaalt dat degenen die gerebelleerd hebben tegen het wettig gezag geen publieke functie meer mogen bekleden. Het doel van deze bepaling was te voorkomen dat politici en militairen uit de zuidelijke staten, die zich hadden afgescheiden uit protest tegen afschaffing van de slavernij, na het einde van de burgeroorlog weer Congreslid konden worden of een andere hoge functie konden bekleden, alsof er niks gebeurd was. In de ogen van vier van de zeven leden van het Hooggerechtshof van Colorado is het artikel – dat vrijwel nooit gebruikt is – van toepassing op Donald Trump en mag hij niet meedoen aan de voorverkiezingen,

Nou zal het Trump een rotzorg zijn wat ze in Colorado besluiten want dat is toch een Democratische staat (‘blue state’, een Republikeinse staat wordt ‘red state’ genoemd). Hij heeft daar weinig van te verwachten. De zeven rechters zijn ook allemaal Democraat. Maar in een aantal andere staten lopen vergelijkbare juridische procedures tegen de kandidatuur van Trump, waaronder een paar cruciale ‘swingstates’, staten die bij de ene verkiezing rood kleuren, de andere keer blauw. Als Donald daar ook van het stembiljet zou worden geweerd, heeft hij wel een serieus probleem.

De ex-president heeft al aangekondigd dat hij tegen het besluit in Colorado in beroep gaat bij het allerhoogste rechtscollege in de VS, het Hooggerechtshof in Washington. Dat lijkt op de hand van Trump: tijdens zijn presidentschap had hij het geluk dat hij drie geestverwante rechters mocht benoemen waardoor het Hof een sterk conservatieve signatuur heeft van 6 tegen 3.

Maar hij kan zich niet zomaar rijk rekenen, zeggen juristen van naam en faam. Als het Hooggerechtshof in Washington eenvoudigweg de kant van Trump zou kiezen, zou het voedsel geven aan het verwijt dat het een politiek college is, in plaats van een onafhankelijk orgaan. Het kreeg die kritiek al bij de beslissing van ruim een jaar geleden om het federale recht op abortus terug te draaien, tot grote vreugde van de Republikeinen (die daar trouwens meer last dan plezier van hebben gehad, maar dit terzijde).

Bovendien hebben de rechters in Colorado een gedegen onderbouwing van hun vonnis gegeven waardoor het niet zomaar te herroepen is. Al zit er wel een opvallend element in: dat Trump zich schuldig zou hebben gemaakt aan rebellie en opruiing, zoals in de tekst staat, is nog niet bewezen. En daar komt het waarschijnlijk ook niet van. Want hij heeft weliswaar inmiddels vier rechtszaken aan z’n broek hangen, met in totaal 91 aanklachten, maar in geen daarvan staat de term rebellie of opruiing. Trump zou zich op en rond 6 januari wél schuldig gemaakt hebben aan samenzwering en belemmering van het democratische proces, aldus speciaal aanklager Jack Smith. Dat heeft hij bewust zo geformuleerd, opruiing is veel lastiger te bewijzen.

Het federale Hooggerechtshof staat hoe dan ook voor een buitengewoon lastige afweging. Elke besluit zal in het sterk gepolariseerde Amerika op weerstand stuiten. Zeker als dat in het nadeel van Trump uitvalt. In dat geval mogen we trouwens blij zijn dat het een conservatief college is. Stel je voor dat de Democraten er in de meerderheid zouden zijn, dan zou het land bij zo’n uitspraak te klein zijn.

Intussen weet Trump de ophef natuurlijk weer in zijn voordeel uit te buiten, de man is daar een meester in. Op zijn eigen social medium Truth Social schreef hij dat Amerika een bananenrepubliek aan het worden is en dat het ministerie van justitie en het Witte Huis er alles aan doen hem de voet dwars te zetten. Al is er geen enkele aanwijzing dat zij de hand zouden hebben gehad in de beslissing van het Hooggerechtshof in Colorado.

Concurrenten in de strijd om de Republikeinse nominatie voor het presidentschap, die normaal gesproken geen goed woord over hebben voor Trump, hebben zich nu om hem heen geschaard: ‘Niet een paar rechters, maar de Amerikaanse kiezers beslissen in november wie de volgende president wordt’, aldus Nikki Haley, voormalig ambassadeur van de VS bij de VN en de belangrijkste opponent van Trump in het Republikeinse kamp, al staat ook zij nog op ruime afstand van hem.

Er is geen kruid gewassen tegen Donald. Door de vier rechtszaken en 91 aanklachten is hij alleen maar populairder geworden. Volgens opiniepeilingen kan hij eind volgend jaar zittend president Joe Biden verslaan, als zijn naam tenminste op het stembiljet mag komen te staan. Dat hij dan misschien inmiddels in een van die rechtszaken veroordeeld is en achter de tralies zit, is geen enkel probleem. Nergens in de Amerikaanse Grondwet en de tientallen amendementen daarop staat geschreven dat een presidentskandidaat niet in de gevangenis kan zitten.