Haagse geruchten willen dat Sophie Hermans de nieuwe minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs wordt, als opvolgster van de vorige week afgetreden Dennis Wiersma. Je vraagt je af of ze dat wél zou kunnen. Want als fractievoorzitter van de VVD was ze tot dusver geen succes. Om nog duidelijker te zijn: ze bakte er niets van. Zodra iemand zei dat ze niet meer was dan een ‘assistent-tassendraagster van de heer Rutte’, barstte ze in huilen uit.
Mij lijkt dat je als toppoliticus niet te veel moet huilen. En mocht het al eens gebeuren, dan dien je ervoor te zorgen dat niemand het ziet, want anders kom je als ‘slapjanus’ te boek te staan. In elk geval moet je er niet op rekenen dat iemand medelijden met je heeft. De politiek is een hard vak. Als je anderen niet opeet, word je zelf opgegeten. Voor treurmeisjes is op het Binnenhof geen plaats. Elders trouwens meestal ook niet.
Maar Sophie meende kennelijk dat het allemaal anders zat. Beschikte ze niet over grote capaciteiten? Was ze niet een telg uit een roemrijk liberaal geslacht?
Formeel geldt ze nog steeds als de mogelijke opvolger van VVD-leider Mark Rutte. De zoveelste overigens, want Edith Schippers, Halbe Zijlstra en Klaas Dijkhoff wisten het ook niet te redden. Hoe zou Sophie het dan wel lukken?
Natuurlijk, ze is politiek assistent van Mark geweest. Dat konden de andere kandidaten niet zeggen. En haar vader Loek had het heel ver gebracht. Die was minister van (nota bene) Onderwijs in Paars II. Volgens een later onjuist gebleken fluistercampagne zou hij zelfs de VVD gaan leiden.
Maar dat ging hij niet. Hermans eindigde zijn politieke loopbaan als lid van de Eerste Kamer. En ook daar moest hij weg omdat hij te veel in opspraak was geraakt.
De naam van Sophie zal waarschijnlijk niet snel in een kwade reuk komen. Tenminste niet door gesjoemel of door het hebben van te veel nevenfuncties, zoals bij haar vader het geval was. Mocht ze Wiersma inderdaad opvolgen, dan zal ze ongetwijfeld braaf haar best doen het in haar gestelde vertrouwen waar te maken.
Maar of ze daardoor ook dichter bij de positie van Rutte komt, valt ernstig te betwijfelen. Toegegeven: Mark was eerst staatssecretaris (niet eens minister) voor hij de VVD ging aanvoeren. Maar toen werd hij fractievoorzitter. Als Sophie Hermans in de voetsporen treedt van Wiersma heeft ze het omgekeerde traject bewandeld.
Voor zover ik weet is er nog nooit een politicus geweest die eerst fractievoorzitter was, daarna onderwijsminister en tenslotte partijleider. Sophie zou de eerste kunnen zijn, maar ik denk het niet. Als ze het al tot minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs brengt, zal dat het begin van het einde voor haar zijn.
Geef een reactie