Vladimir Poetin heeft onbedoeld een prestatie van formaat op zijn naam geschreven. Met zijn misdadige aanval op de Oekraïne heeft de Russische dictator Europa wakker geschud en het gemakzuchtige pacifisme uitgedreven. De struisvogel die na de Val van de Muur (1989) het embleem was geworden van geopolitieke blindheid, heeft eindelijk de benen genomen. Overal hoor je nu dat Europa haar verantwoordelijkheid gaat nemen.

Zou Jean Monet, een van de ‘architecten’ van de EU, dan toch gelijk hebben? Wordt Europa daadwerkelijk ‘in crises samengesmeed’?

De eerste tekenen zien er in elk geval niet slecht uit.

Landen die jarenlang weigerden zich te houden aan de afspraak jaarlijks twee procent van het Bruto Binnenlands Product, BBP,  uit te geven aan hun defensie, bezweren dat ze nu echt de portemonnee zullen trekken. Duitsland dat het gebroken geweertje als nationaal symbool had omhelsd, loopt nu opeens voorop. Berlijn heeft een speciaal fonds van 100 miljard opgetuigd dat de zwaar verwaarloosde Bundeswehr weer op de been moet helpen. De twee procents-afspraak waar ze in Duitsland zo graag de schouders over ophaalden, gaan ze nu versterkt naleven: die twee procent is het minimum. En tot ieders verrassing steunt het overgrote deel van de bevolking, dat zich erg senang voelde bij de militaire onthouding, de plannen. Alleen extreem-links en -rechts blijven dwars. Daar zitten dan ook de laatste Poetin-fans.

Zweden en Finland, de een, Zweden, uit principe neutraal en de ander omdat Rusland het had opgedrongen, overwegen nu lid van de NAVO te worden.

In Hongarije lijkt zelfs premier Viktor Orban te beseffen dat hij met zijn idool Poetin op het verkeerde paard heeft gewed.

En ook bij ons in de polder is iedereen wakker geworden. Behalve natuurlijk Thierry Baudet en zijn aanhang, de Poetin-wappies. Voor Baudet blijft de crimineel in het Kremlin een ‘prachtvent’. Zelfs Geert Wilders, toch altijd bereid om Mark Rutte overal de schuld van te geven, houdt zich gedeisd. Er is, kortom, mede dankzij gironummer 555, zoiets als nationale saamhorigheid.

Niemand weet nu hoe lang dat sentiment overeind blijft. En vooral, wanneer de dure daden bij de grote woorden komen. Gaat Europa inderdaad beter op zichzelf passen? Of ebt de daadkracht weg, wanneer de oorlog verandert in een slijtageslag en langzaam van de voorpagina en tv-scherm verdwijnt. Op een gegeven moment wordt ‘Heel Holland bakt’ voor veel mensen toch belangrijker. (Wie dit te cynisch vindt, moge herinnerd worden aan de grap tijdens de Balkanoorlogen van 30 jaar geleden. Er was een tv uitgevonden die automatisch uitging zodra de woorden Balkan en oorlog vielen).

Concreet draait het om de vraag of Europa er eindelijk in slaagt een gemeenschappelijk defensiebeleid van de grond te  krijgen. Dat is een stokpaard van de Franse president Emmanuel Macron. Hij noemt het ‘strategische soevereiniteit’. Samengevat komt het hierop neer: een rijk continent als Europa moet zelf voor zijn verdediging zorgen. Het kan niet langer mooi weer spelen onder de atoomparaplu van de VS. Bovendien heeft de VS zijn strategische zwaartepunt verlegd naar Oost-Azie om China in toom te houden en zijn belangen en machtsbasis daar te veilig te stellen. En dan hebben we sinds Donald Trump ook nog de vraag: hoe betrouwbaar blijft de VS als bondgenoot?

President Joe Biden heeft na het rampzalige intermezzo met Trump de banden met het oude moedercontinent weten te herstellen. Maar zijn herverkiezing over twee jaar is verre van zeker. Trump staat klaar met de sloophamer, mocht hij opnieuw het Witte Huis betrekken.

Met andere woorden: de noodzaak om zelf de regie te nemen, is nog nooit zo urgent geweest. Het zou bovendien goed passen in een nieuwe taakverdeling waarbij de Europese poot Rusland voor zijn rekening neemt en de VS zich richt op de rivaliteit met China.

Je zou kunnen zeggen dat de route is uitgestippeld. Helaas, goede ideeën en nog betere intenties sneuvelen vaak in de uitvoering. Daar kunnen we in de polder een lied van zingen. Voor een Europees defensiebeleid tot stand kan komen, moeten er een paar vitale politieke kwesties worden besproken. Over een zaak, de belangrijkste, zijn de experts het wel eens. Een Europese defensiegemeenschap moet geïntegreerd blijven in de NAVO. Dat ligt om politieke en militair strategische redenen voor de hand. De binding van de VS aan Europa moet te allen tijde verzekerd blijven. Niet alleen vanwege de kernwapens, die hebben Frankrijk en het VK ook, maar die moeten vooral het nationale prestige onderstrepen. In de praktijk zijn ze als de revolver van de hulpsheriff, niet nutteloos, maar de echte vuurkracht moet toch van de baas komen.

En er zijn zaken die Europa zelf zo snel mogelijk op orde moet zien te krijgen. Er wordt terecht veel geklaagd over de enorme verspilling bij defensieuitgaven. Dat zou je aldus Bartjes deels kunnen oplossen door een gezamenlijk aankoopbeleid. Als elk land met dezelfde straaljager vliegt en hetzelfde kanon schiet, wanneer kortom, materieel en uitrusting gestandaardiseerd zouden worden. Alleen, dat wordt lastig met lidstaten, Duitsland en Frankrijk, die een eigen belangrijke wapenindustrie (en lobby) hebben en willen houden. Ga er maar vanuit dat het voorlopig bij een wenkend perspectief blijft.

Ook op militair-operationeel terrein zal de samenwerking verder gestroomlijnd moeten worden. Dat zal waarschijnlijk minder hoofdbrekens veroorzaken, maar zelfs met de beste wil van de wereld is het niet van de ene op de andere dag geregeld.

Het verwezenlijken van de nieuwe eendracht is dus een project van de lange adem.  En democratieën zijn helaas zelden goed in de lange adem.