Stel je eens in de plaats van een restauranthouder van een Chinees of Thais eethuisje in Europa of de Verenigde Staten.. De covidpandemie overspoelt de wereld en het toeval wil dat het allemaal begon in China. Je werd “en public” uitgescholden en je kreeg amper nog klanten over de vloer. Thais, Vietnamees, Japans, Chinees het maakte niet uit ze waren opeens allemaal vies en hun keuken onhygiënisch en onbetrouwbaar. Het waren immers allemaal spleetogen en zij hadden de wereld met dat pestvirus opgezadeld. Sommigen kregen zelfs te maken met fysiek geweld.

“Het leven in kleur”, een programma op Canvas (Belgische tv-zender) van Karine Claassen dat racisme in Vlaanderen toelicht raakte me diep. Het confronteert je met de innerlijke racist in jezelf.  Ik werd menigmaal tot tranen toe bewogen door de vele getuigenissen. Kreeg bewondering voor hun moed en doorzettingsvermogen maar zag ook dat het levens kapot maakte en persoonlijkheden kraakte. Dat kleurtje in een overwegend witroze samenleving veroorzaakt drama’s. Je valt uit de boot. Je krijgt geen kansen. Je mag verschrikkelijk je best doen, goed studeren en diploma’s halen, toch zal je nooit als een van hen/van ons beschouwd worden. Je hebt de keuze tussen de labels potentieel terrorist, potentieel crimineel of potentiele virusverspreider, kies maar.

Dat gevoel er nooit te zullen bijhoren is je lot, neem hier maar vrede mee. Je ziet in het programma hoe een peuter uit een gemengd huwelijk treurig voor zich uitstarend aan zijn moeder vertelt: “De kindjes zeggen dat mijn haar kaka is”. De vierjarige frummelt wat aan zijn zwart krulhaar terwijl zijn moeder hem geschokt aanhoort. Racisme  begint zeer vroeg zodat je je kan afvragen of het ingebakken zit in de mens. Heb je rood haar en sproeten ben je het mikpunt, te dik, uitstaande oren, vooruitstekende tanden of je stottert, het zijn allemaal triggers voor pestgedrag. Een donkere huid, kroeshaar of amandelvormige ogen idem dito.



Mijn  petekind (dochter uit een Thais/Belgisch gezin), nu een jongedame worstelt al jaren met de classificatie “spleetoog” die ze toebedeeld kreeg. De drang om erbij te horen die in ieder van ons schuilt wordt wreed afgeblokt. Soms denk ik dat er jaloezie bij gepaard is. Ze is waarschijnlijk te mooi voor enkele klasgenoten. Dat wekt jaloezie op. Concurenten uitschakelen via voortdurende vernedering dan maar.

Behoor je tot het internationale elftal van je land is kleur ineens geen oorzaak meer van discriminatie of racistisch pestgedrag. Dan wordt je de held van de natie. Vraag het maar aan Romelu Lukaku, Vincent Kompany, Yourie Tielemans of, bij de Nederlanders aan Patrick Kluivert, Frank Rijkaard of Ruud Gullit (om er maar enkele te noemen). Behoort jouw team tot de tegenpartij bij een uitwedstrijd dan wordt jij als kleurling onthaald met oerwoudgeluiden. Het snijdt door je hart, het ontmenselijkt je en het zal nooit wennen.



Kom ikzelf als bleekscheet in een omgeving of samenleving waar ik plots tot een minderheid ga behoren zijn soortgelijke taferelen eveneens schering en inslag. In Thailand bijvoorbeeld, waar ik de voorbije 30 jaar regelmatige “te gast ben”, zijn ze zondermeer even racistisch. De sporadische toerist in vakantiemodus zal hier weinig van merken. Leef je er voor langere periodes wordt het overduidelijk. Zalig de nietsvermoedende naïeveling.

Die ingebakken neiging tot racisme en het uitsluiten van minderheden zal wel een diepere oorzaak of een specifiek psychologisch mechanisme hebben. Maar een verklaring brengt geen soelaas. Het is en blijft de oorzaak van veel leed in onze samenleving. Een remedie is er echter niet. Mensen zijn empatisch of helemaal niet. Jezelf even in de situatie denken/plaatsen van anderen helpt. Voor sommigen een zeer moeilijke oefening.