Het wordt vandaag een mooie dag voor Lientje1967. Met niet minder dan 16 zetels neem haar partij BBB zitting in de nieuwgekozen Eerste Kamer. Dat is er wel 1 minder dan geraamd, maar de BoerBurgerBeweging is daarmee toch veruit de grootste in de senaat geworden. BBB steekt Pim Fortuyn naar de kroon, de godfather van het rechtse populisme. Diens LPF (weliswaar zonder hem, want hij was vermoord) wist in 2002 26 zetels in de Tweede Kamer te bezetten. Dat zijn er meer, maar de Tweede Kamer heeft ook tweemaal zoveel zetels als de Eerste. Bovendien vormde de LPF destijds zeker niet de grootste fractie. De BBB dus wel in de senaat.
Ook in de Tweede Kamer rukte de partij de afgelopen maanden op. Zij het dan virtueel want er zijn sinds 2021 geen verkiezingen meer geweest. Volgens de polls bezette de BBB hier eveneens de eerste plaats. Bezette, want dat is niet overal meer het geval. Onlangs verscheen er een peiling van EenVandaag waarin Lientje en haar volgelingen niet minder dan 5 zetels kwijtraakten. Ze moesten de nummer 1-positie weer aan de VVD laten. Ook in sommige andere onderzoeken naar de kiezersvoorkeur leverde de partij ietsje in, al blijft ze daarin nog op kop.
Hoe is dit mogelijk? In tegenstelling tot bijvoorbeeld LPF en FvD werd de neergang niet voorafgegaan door openlijke ruzies, iets waar de kiezers een hekel hebben. Misschien dat er achter gesloten deuren wat gemord is. Maar dat weten die kiezers niet, dus dat telt niet. Wat dan?
Politicologen en andere deskundigen houden er rekening mee dat BBB sympathie begint te verliezen doordat het landbouwgedonder enigszins op de achtergrond is geraakt. Zoals bekend dankten Lientje en de haren bij de Provinciale Statenverkiezingen hun overwinning vooral aan de onvrede over de voorgenomen stikstofmaatregelen van het kabinet. Althans: dat is de formele interpretatie. Hoe het dan mogelijk is dat BBB in alle provincies bovenaan eindigde – ook in niet-agrarische landsdelen als Zuid-Holland – verklapt deze theorie niet.
Meer voor de hand lijkt het mij te liggen dat de pro-Lientje-stemmen vooral bedoeld waren om het misnoegen over het kabinetsbeleid tot uitdrukking te brengen. Dat verklaart ook de sterk gedaalde populariteit van de regeringspartijen. Die zijn volgens de peilingen hun (toch al krappe) meerderheid in de Tweede Kamer allang kwijt. Dankte Boer Koekoek in de jaren zestig zijn electorale opmars niet ook voor een belangrijk deel aan de proteststemmen in de grote steden?
Toch blijft een (mogelijke, zeg ik er meteen bij) achteruitgang van BBB opmerkelijk. Aan het kabinetsbeleid is immers niks veranderd in de afgelopen maanden. Zouden ze in dit land nu al uitgeprotesteerd zijn? Of begint het vertrouwen in Lientje af te kalven omdat de meeste mensen inzien dat zij ook niet de oplossing heeft voor de wereldproblemen? Met de Boerenpartij ging het destijds ook al heel snel bergafwaarts.
Geef een reactie