Op het station stond een groepje oudere mensen met een spandoek. Het bleek het verzamelpunt te zijn van ‘grootouders voor het klimaat’. Ze waren naar Den Haag gekomen om met Extinction Rebellion (XR) te demonstreren. Oudere actievoerders herken je meteen: vrouwen met ‘makkelijk kapsel’ en geen make-up, mannen kalend met grijs pluisbaardje, spijkerbroeken met laaghangend kruis, windjacks van het betere merk, rugzakjes en stevige wandelschoenen.

Ik was kennelijk te dichtbij gekomen en werd aangesproken door een mevrouw. Of ik ook meedeed? Ik schudde mijn hoofd. Ik demonstreer nooit. Niet uit principe maar uit gemakzucht. Dat begreep ze niet. Had ik geen kinderen en kleinkinderen? Ik heb weinig geleerd in mijn leven, maar wel dat je niet in discussie moet gaan met lieden die door iets groots zijn gegrepen.

De mevrouw drong aan. Ze kreeg iets verbetens. Achter de brillenglazen ging de blik op onverzettelijk. De mondhoeken maakten een duikvlucht. Of ik de ernst van de situatie wel inzag?

Ik vertelde toch maar dat ik geen klimaatontkenner was, maar dat vooral technologie de oplossing moest brengen. Zoals ze dat altijd had gedaan: in de geneeskunst, bijv. Ze keek me nu vol minachting aan. Ik zei ook nog dat acties alleen iets uithaalden als de grootvervuilers, China, India en de VS ook meededen. De EU was de grootste economie ter wereld maar stootte nog geen 10 procent van alle CO-2 uit. Ze haalde haar schouders op en beende hoofdschuddend terug naar haar inmiddels groter geworden groep. Met mij viel de wereld niet te redden.

In de trein vroeg ik me af wat me bij actievoerders het meest tegen de borst stuitte. Het eeuwige gezever over de ‘kleinkinderen’, de volstrekte zekerheid van het eigen gelijk, het ontbreken van relativering, de compromisloosheid of het gebrek aan humor.

De heilige verontwaardiging als doping van het actiewezen.

Toen 40 jaar geleden de toenmalige senioren demonstreerden tegen kernwapens, – ‘liever een Rus in de keuken’ -. was me dat al opgevallen. Later dachten sommigen dat de Sovjet Unie mede door hun demonstraties ten onder was gegaan. Zoals Duitse sociaaldemocraten nog steeds denken dat dit te danken was aan hun Ostpolitik, toen ze tijdens de Koude Oorlog de banden met Moskou aanhaalden. En niet dat het reëel bestaande socialisme door verregaande verkalking de geest had gegeven.

Ik weet niet of het ooit onderzocht is, maar ik heb het idee dat acties voor immateriële doelen (idealen) vooral voorkomen in landen met een voornamelijk protestantse cultuur. In ‘katholieke’ landen gaat men ook massaal de straat op maar dan om hun economische belangen te verdedigen of meer loon te eisen. In Frankrijk protesteert zo ongeveer het hele land tegen de verhoging van de pensioenleeftijd van 62 naar 64 jaar. Dat krijgt het klimaat niet voor elkaar. Jammer dat de socioloog Max Weber al ruim 100 jaar dood is, want hij had hier mooi zijn tanden in kunnen zetten. Zoals hij ook het verband tussen de protestantse ethiek en het kapitalisme heeft willen aantonen.

Het protestantisme heeft bovendien aan de lopende band sektes voortgebracht. Zelfs als je de geschiedenis van het calvinisme in de polder maar oppervlakkig kent, valt je op dat het een feuilleton is van ruzies, afsplitsingen en nieuwe clubjes die op hun beurt ook weer uit elkaar vallen. Voor een buitenstaander zijn de stenen des aanstoots die gelovigen nopen de gemeente te verlaten, ondoorgrondelijk. Maar de afsplitsers weten altijd een ding zeker, zij en niet de achterblijvers hebben de Heer aan hun kant. De zuiverheid van de leer is daarom alleen bij hen in goede handen. Meestal is er ook een dominee die de gelovigen inprent dat hij dagelijks in verbinding staat met het opperwezen. Zijn gezag is daarom onaantastbaar. Tot een gelovige opstaat die zeker weet dat de dominee de kudde op een dwaalspoor leidt. En hij met een groepje volgelingen voor zichzelf begint. Waarna et cetera en ad infinitum…

Niet zo gek lang geleden zag ik op de tv een demonstratie van Fridays for Future in Rome. Daar gaat mijn theorie, dacht ik. In de wereldhoofdstad van het katholicisme maken Italiaanse jongeren zich toch ook druk om de planeet. Ik nam contact op met een Italiaanse kennis. De demonstratie was het initiatief geweest van leerlingen van de internationale school, zei hij. Veel Italiaanse leeftijdsgenoten hadden niet meegelopen. Theorie (voorlopig) gered. Een Italiaanse, of Spaanse of zelfs Franse Greta Thunberg zou niet gauw opstaan. De Groenen zijn in die landen soms niet eens een splinterpartijtje.

Maar wat precies maakt protestanten van allerlei type zo ontvankelijk voor het klimaatevangelie? Rentmeesterschap, het idee dat je persoonlijk aansprakelijk bent voor gods schepping? Schuldgevoel? Protestanten kunnen niet zoals katholieken biechten en daarna fluitend de zondige draad weer opnemen. Ze staan alleen voor hun schepper die geen makkelijk heerschap schijnt te wezen. Hij heeft de boel aan jou toevertrouwd en dan heb je de plicht die boel op orde te houden.

Dominees geloven tegenwoordig nauwelijks meer in god, maar die cultuur en mentaliteit zijn zo diepgeworteld dat de ze nog altijd doorwerken. Ook, juist, in onze door en door geseculariseerde polder. De actiegroepen hebben veel weg van die protestantse sektes die eveneens steeds radicaler werden. Extinction Rebellion zou voor de diehards alweer te gematigd te zijn. Zij plakken zich nu aan het plaveisel en besmeuren schilderijen namens de ‘Laatste generatie’. Dat ze hun zaak daarmee geen goed doen, kan ze klaarblijkelijk niets schelen. De actie is inmiddels het doel en niet langer een middel. Zal menig gelovige bekend voorkomen, vermoed ik.

De trein liep Amsterdam binnen. In mijn coupe zaten mensen, jong en oud, die zich verheugden op de Vermeer-tentoonstelling in het Rijksmuseum. Op de een of andere manier vond ik dat een troostrijke gedachte.