Jan van Zanen, de burgemeester van Den Haag, heeft zijn excuses aangeboden voor het slavernijverleden van zijn stad. Hij is niet de eerste en zal hoogstwaarschijnlijk niet de laatste zijn die zoiets doet. Ook het kabinet is van plan ‘sorry’ te zeggen tegen iedereen die ooit het slachtoffer werd van de slavernij.

Niet dat de Nederlandse bevolking enige schuld draagt  aan dat (zeer verwerpelijke, ik zeg het er maar even bij) systeem. Want de slavernij is al in 1863 afgeschaft. De ouders, de grootouders en zelfs de meeste overgrootouders van de huidige bewoners leefden toen nog niet. Kun je eigenlijk wel excuses aanbieden voor iets waar je zelf part noch deel aan hebt gehad?

Het lijkt mij ingewikkeld. Bovendien: aan wie moet je excuses aanbieden? De slaven uit het verleden zijn al heel lang dood. Hun nabestaanden niet, maar die weten niet uit eigen ervaring hoe het is om slaaf te zijn.

In 2020 vond premier Rutte nog dat je ‘mensen die vandaag leven niet verantwoordelijk kunt houden voor het verleden’. Dat lijkt mij een verdedigbaar, zelfs plausibel standpunt. Maar kennelijk is hij daarvan teruggekomen.

Gaat Rutte, of zijn kabinet, dan ook excuses aanbieden voor de leefomstandigheden van de bevolking in de negentiende eeuw? Toen woonde een groot deel van de Nederlanders onder erbarmelijke omstandigheden in een eenkamerwoning. Ze leden bittere armoede, want de eigenaren van fabrieken, waar ze veertien uur of langer per dag (zes dagen per week!) moesten werken, hadden nauwelijks geld over voor hun bezigheden. Sociale voorzieningen waren er niet, toezicht op de volkshuisvesting evenmin. De overheid trad helemaal niet op tegen al die wantoestanden.

Dat is natuurlijk niet zo erg als de slavernij, waarbij iemand het eigendom is van iemand anders. Maar met de blik van vandaag was de situatie in de negentiende eeuw barbaars. Misschien komt men over honderd jaar tot de conclusie dat ook de huidige bevolking is geknecht en uitgebuit door de elite. Moeten daar dan ook excuses voor worden aangeboden? Het einde lijkt mij dan zoek.

De opvattingen over hoe de wereld in elkaar dient te zitten veranderen voortdurend. In de jaren vijftig werd het als volkomen normaal beschouwd dat vrouwen niet werkten. Een vrouw die in het huwelijk stapte, kreeg in veel gevallen haar ontslag. Moest ze maar in de keuken gaan staan! Tot 1956 waren gehuwde vrouwen handelingsonbekwaam. Ze mochten geen rechtshandelingen verrichten (bijvoorbeeld een bankrekening openen) zonder toestemming van hun echtgenoot. Tegenwoordig geldt iets wat toen heel gewoon werd gevonden als idioot. Wat dan? Excuses maken aan de vrouwen die toen leefden? Aan hun nabestaanden?