Je kon na de verkiezingen mensen horen klagen dat het tijdens de campagne zo weinig over het buitenland was gegaan. Als de wereld al aan bod kwam, ging het over de economie. We zijn een handelsnatie en een van de meest open economieën ter wereld, dus het was onbegrijpelijk dat het buitenland niet meedeed. (Wijlen D66-leider Hans van Mierlo zou dit een ‘paradox’ hebben genoemd. Van Mierlo zag overal ‘paradoxen’ en werd daarom door sommigen gezien als een ‘origineel denker’).

Inderdaad was er veel dat om aandacht vroeg. De oorlog in Oekraïne sleept zich voort. In het Midden-Oosten is op 7 oktober een nieuwe uitgebroken, tussen Israel en de terreurorganisatie Hamas. Over Taiwan horen we momenteel minder maar dat conflict blijft licht ontvlambaar. In januari zijn daar presidentsverkiezingen en de meest geharnaste anti-Beijing-kandidaat gaat in de polls aan kop. Als Lai Ching-te daadwerkelijk wint, zal Xi Jinping naar verwachting het wurgtouw verder aantrekken.

Op zich viel de afwezigheid van het buitenland wel te verklaren. Over de oorlog in Oekraïne zijn de meeste partijen, behalve Geert Wilders, het eens. De steun aan Kiev moet worden voortgezet. Daar hoefden de lijsttrekkers niet over te debatteren. De oorlog tussen Israel en Hamas werd bewust buiten de campagne gehouden. Het voorkwam nog meer polarisatie en het verder opstoken van het antisemitisme. En over Taiwan en China maakt afgezien van de enkele expert zich niemand hier ooit druk, dus waarom zouden ze dat nu wel doen?

Maar kunnen we de kop in het duinzand blijven steken?

De oorlog in Oekraïne gaat vermoedelijk jaren duren en dat vergroot het risico dat de steun in het Westen afbrokkelt. Vladimir Poetin schakelt nu helemaal over op een oorlogseconomie. Meer dan een derde van de begroting gaat nu naar defensie en hij wil 170.000 man extra oproepen die als kanonnenvlees de Oekraïense gehaktmolen in gaan. De kans dat Poetin bereid is tot reële vredesonderhandelingen is te verwaarlozen. Hij schijnt zijn kaarten volledig op een Russische overwinning te zetten.

In Kiev vrezen ze dat het Westen, het tweede thuisfront, oorlogsmoe wordt. En dat zal zijn weerslag hebben op het moreel van de eigen bevolking die net als vorige winter aanvallen op energiecentrales en andere vitale infrastructuur moet zien te overleven. We moeten niet verrast zijn wanneer veel van die burgers besluiten de wijk te nemen naar het Westen. En daarmee ons asielprobleem vergroten, wat, u raadt het al, de crimineel in het Kremlin goed zou uitkomen.

In de oorlog tussen Israel en Hamas staan we aan de zijlijn en daar kunnen we behalve het plichtmatig prediken van de twee-staten-oplossing, – een voor Israel en een voor de Palestijnen -, weinig aan veranderen. Datzelfde geldt in versterkte mate voor Taiwan.

Dat zijn drie crises van XXL-formaat en dat kan zelfs te veel zijn voor de enige supermacht, de VS. Van Europa hoeven ze in Washington niets te verwachten. De Maastrichtse hoogleraar Europese geschiedenis Mathieu Segers bepleitte in de Volkskrant dat Brussel het ‘morele leiderschap’ overneemt van Washington. Daar zullen ze in Washington blij mee zijn. Daar proberen ze uit alle macht de internationale orde, of wat daar van over is, overeind te houden. En Europa meldt zich als gebruikelijk af. ‘Soft power’ is aardig, maar als het erop aankomt, telt nog steeds de harde variant.

Of en hoelang de VS daartoe nog in staat of bereid zal zijn, is afhankelijk van de uitslag van de presidentsverkiezingen van over een klein jaar. Europa moet zich voorbereiden op het worstcasescenario, een overwinning van Donald Trump. De ex-president wordt vrijwel zeker opnieuw de kandidaat van de Republikeinen en staat in de peilingen voor op de zittende president, Joe Biden. In een jaar kan nog van alles gebeuren, maar in de VS vliegen de doemscenario’s je om de oren.

De historicus Robert Kagan publiceerde vorige week in the Washington Post een essay waarin hij een dictatuur van Trump voorspelde. Een tweede keer Trump in het Witte Huis zal de democratie niet overleven, vreest Kagan. De eerste keer wisten de rechtstaat en andere instituties, de FBI, de bureaucratie, de strijdmachten, nog te ontsnappen, maar dit keer zou het verkeerd kunnen aflopen. Er schijnen plannen klaar te liggen voor zuiveringen van het ambtelijke apparaat en de rechterlijke macht. Voor de vacatures zouden figuren klaar staan wier loyaliteit aan Trump de enige kwalificatie is. Competentie, intellectuele en morele onafhankelijkheid zullen bij Trump II niet gewaardeerd worden.

Wat een tweede presidentschap van Trump voor het Amerikaanse buitenlands beleid betekent, laat zich met betrekking tot Europa en de NAVO ongeveer uittekenen. (Het Midden-Oosten en Taiwan laten we nu buiten beschouwing). Trumps grootspraak over de oorlog in Oekraïne,  – binnen 24 uur opgelost -, mogen we met een korrel zout nemen. Maar niet zijn opvatting dat die brand in de eigen achtertuin vooral Europa’s zorg is en niet van de VS.

Europa weet dat natuurlijk allang, maar slaagt er desondanks niet in militair eindelijk een speler van belang te worden. De defensie-uitgaven gaan nu omhoog maar voordat dit effect heeft zijn we jaren verder. Dan nog mist West-Europa de technologie en organisatie om op eigen benen te staan. Bovendien is de bevolking niet voorbereid op het brengen van offers voor de eigen veiligheid.

Bij de volgende verkiezingen die snel kunnen komen, zouden deze thema’s dringend aan de orde moeten komen. Het klimaat wordt steeds guurder, maar of politici en burgers dat willen zien, waag ik te betwijfelen.