De oorlog van Israel tegen Hamas lijkt een kantelpunt te hebben bereikt. Het geduld van Joe Biden met Benjamin Netanyahu lijkt te zijn uitgeput. Bij de ‘internationale gemeenschap’ heeft Israel de laatste kruimels goodwill definitief verspeeld. En in Israel zelf komen de demonstraties tegen Netanyahu weer op gang en wordt de roep om verkiezingen luider. Of dit het einde van de oorlog dichterbij brengt, is vermoedelijk nog te vroeg om te zeggen, maar het zou ‘het begin van het einde’ kunnen worden.

De Amerikaanse president las de Israelische premier donderdag de levieten. Aanleiding was de aanval op hulpverleners door Israelische soldaten, waarbij zeven mensen om het leven kwamen. Het was een tragisch ongeluk, aldus de Israeli’s. In de woorden van Netanyahu: zulke dingen gebeuren nu eenmaal in een oorlog. Het was jammer maar helaas. Niet alleen voor de Amerikanen ging dit laatste staaltje ijskoude onverschilligheid te ver. Israel moet nu eindelijk in actie komen om een hongersnood te voorkomen en de konvooien met hulpgoederen ongehinderd toelaten.

Wat Biden precies heeft gezegd weten we niet, maar er zijn aanwijzingen dat verdere Amerikaanse steun en wapenleveranties zullen afhangen van Israëls optreden in Gaza. Als hoge, niet nader genoemde functionarissen daar met enige nadruk op hinten, weet je dat het met instemming van het Witte Huis gebeurt. De regering in Washington geldt als de meest pro-Israelische van de afgelopen jaren, dus Netanyahu kan de waarschuwing moeilijk in de wind slaan. De daad zou nu wel eens eindelijk het woord kunnen volgen.

Als Netanyahu had verwacht dat Donald Trump hem te hulp zou schieten, is hij van een koude kermis thuis gekomen. Ook de Republikeinse presidentskandidaat vindt dat er een einde het bloedvergieten moet komen. Want ‘Israel verliest de pr-oorlog’. En daarom ‘moet er een einde aan komen en terug gegaan worden naar vrede’. Je weet bij Trump natuurlijk nooit hoe lang een standpunt overeind blijft, maar hij heeft een goed afgestelde antenne voor de sentimenten onder zijn aanhang. Ook dit zou Netanyahu aan het denken moeten zetten.

Mocht de ernst van de signalen uit de VS nog niet helemaal tot hem zijn doorgedrongen, dan zouden in elk geval de laatste anti-regeringsdemonstraties hem moeten verontrusten. Voor de oorlog waren die demonstraties schering en inslag. Israeli’s gingen massaal de straat op om te protesteren tegen de meest rechtse regering uit de geschiedenis. Na de pogrom van 7 oktober bleef het omwille van de nationale eenheid lang rustig. Maar rond de Paasdagen vond er in Jeruzalem en andere steden een demonstratiemarathon plaats waar tienduizenden deelnemers ook het vertrek van Netanyahu en co eisten.

Intussen rommelt het in zijn regering. Het wringt en schuurt over een onderwerp dat de Israelis sinds het bestaan van hun staat verdeelt. Ultra-orthodoxe Joden, de Haredim, hebben vrijstelling van de dienstplicht. Zolang het er een paar honderd waren, werd dat nog, zij het onder regelmatig gesputter, geaccepteerd. Maar nu maken Haredim ruim 12 procent van de bevolking uit en willen vooral seculiere Israeli’s een einde aan hun voorrechten. Het Hoog Gerechtshof heeft zich eveneens regelmatig in die zin uitgesproken, maar Netanyahu heeft het laatste arrest naast zich neergelegd. Onder druk van de extremistische coalitievrinden die hebben gedreigd het kabinet te laten vallen. Maar in de samenleving blijft het conflict doorzieken en dat werkt door in het kabinet.

Na de pogrom traden oppositieleiders toe tot Netanyahu’s oorlogskabinet. Om na de meest traumatische aanval op het land in 50 jaar de nationale eenheid te benadrukken. Of dat verstandig was, werd toen al betwijfeld. Netanyahu zou ze medeplichtig willen maken aan zijn blunders. Maar nu heeft de belangrijkste oppositieleider, oud-generaal Benny Gantz, vastgesteld dat Netanyahu in het zadel houden in strijd is met het landsbelang. Hij wil in september nieuwe verkiezingen. Alle peilingen voorspellen een afstraffing van Netanyahu die Gantz’ eis derhalve per kerende post afwees. ‘In een oorlog is er geen tijd voor politieke spelletjes’. Niet alleen zijn vele vijanden verdenken de premier ervan de oorlog zo lang mogelijk te willen rekken. Hij moet terecht staan wegens corruptie en zou na de oorlog waarschijnlijk achter de tralies verdwijnen.

De optelsom van bovengenoemde factoren duidt erop dat de panelen beginnen te verschuiven. De tijd die lang in Netanyahu’s voordeel leek te werken, lijkt zich nu tegen hem te keren. De meeste Israeli’s hebben schoon genoeg van hem. Zij willen dat Hamas vernietigd wordt, – het medeleven met de Gazanen blijft minimaal, daarover geen misverstand -, maar vooral dat de ruim 100 gijzelaars eindelijk, levend en/of dood, vrijkomen. En als hij niet ‘levert’, wordt hij een obstakel dat zo snel mogelijk opgeruimd moet worden.

Het leger bereidt momenteel een grootschalig offensief voor tegen het laatste Hamas-bolwerk in Rafah, het zuidelijkste punt van Gaza aan de grens met Egypte. Daar zouden zich naar schatting 8000 Hamas-strijders, een kwart van hun oorspronkelijke sterkte, schuilhouden en die moeten worden uitgeschakeld. Daar zijn de meeste experts zijn het over eens. Maar Washington heeft Jeruzalem met klem gewaarschuwd dat de operatie onder geen beding een bloedbad mag worden onder de honderdduizenden burgers, onder wie veel vluchtelingen.

Als Netanyahu gehoor geeft aan de Amerikaanse oproep en het offensief opschort of aanzienlijk in omvang beperkt en serieus gaat onderhandelen over een wapenstilstand, komt dat kantelpunt daadwerkelijk dichterbij. Daarvoor moet hij bereid zijn over zijn eigen schaduw te springen. Of hij dat kan opbrengen dan wel daartoe gedwongen moet worden, zullen we binnen niet al te lange tijd zien.