Tijdens de Eerste Koude Oorlog (1946- ’89) dook bij politieke discussies regelmatig de ‘nuttige idioot’ op. Dat was vrijwel altijd een linkse intellectueel, maar geen communist, die bij conflicten tussen het Westen en de Sovjet Unie steevast de kant van het Kremlin koos. De nuttige idioot wilde soms wel toegeven dat het niet altijd pluis was wat ze in Moskou bekokstoofden. Ter verdediging van zijn steun zei hij dan vaak dat hij het imperialisme, kapitalisme, kolonialisme en andere Westerse ondeugden ‘niet in de kaart wilde spelen’.

De nuttige idioot was verwant aan de fellow traveller die het Westen eveneens de schuld gaf van het verzamelde wereldleed. Ze waren vooral bruikbaar als ze een prominente rol in het culturele leven speelden en het politieke klimaat in hun land konden beïnvloeden. De beroemdste nuttige idioten waren ongetwijfeld de Franse filosoof en schrijver Jean-Paul Sartre en zijn levensgezellin, de feministische schrijfster Simone de Beauvoir. Zelfs door onthullingen over de Stalinistische terreur waren ze niet van hun stuk te brengen. Toen het vergoelijken van Stalin echt niet langer kon, stapten ze over op het Maoisme en tegen het eind van hun leven verdedigden ze met verve de linkse Duitse terroristen van de Rote Armee Fraktion, de RAF.

Bij ons in de polder vond je de nuttige idioot/fellow traveller destijds vooral op de redactie en onder de lezers van het weekblad de Groene (Amsterdammer). Ook op de politicologische faculteit van sommige universiteiten, met name in Amsterdam, roerden ze de trom. Vooral tegen de NAVO en de VS. Het was een klein clubje dat in tegenstelling tot de geestverwanten in Frankrijk buiten de eigen kring zelden serieus werd genomen.

Met het verdwijnen van het ijzeren gordijn leek voor de nuttige idioot het doek te zijn gevallen. De liberale democratie leek de grote winnaar te zijn geworden van de ideologische wedloop tussen het Westen en het Oostblok. Het einde van de geschiedenis was aangebroken. En in dat nieuwe zonovergoten landschap was geen plaats meer voor de nuttige idioot. Hij was gedoemd tot uitsterven. Net als de dinosaurus.

Maar de afgelopen jaren is hij opgestaan uit het dodenrijk. In een andere jas, want hij is meestal niet langer links maar steeds vaker extreem-rechts. Eigenlijk komt de linkse variant alleen nog voor in Duitsland waar ze ‘Putin-versteher’ heten. Die betiteling geeft aan waar ze voor staan en is daarom eveneens van toepassing op de nuttige idioten van extreem-rechts.

In de polder is Thierry Baudet met zijn Forum voor Democratie (FvD) ook in dit opzicht een idioot. Hij is een groot fan van Vladimir Poetin, ‘prachtige vent’, en staat vierkant achter de aanval  op de Oekraïne. Forum zou volgens sommige bronnen geld uit Moskou krijgen en dat verklaart mogelijk veel maar niet alles. Baudet is gek genoeg om Poetin ook zonder financiële ondersteuning te bewonderen. Zijn kompaan Geert Wilders van de Partij voor de Vrijheid (PVV) had, heeft ook duidelijke sympathieën voor de Sterke Man uit Moskou maar diens oorlog in de Oekraïne gaat hem kennelijk toch te ver. 

Baudet en Wilders zijn nuttige idioten van klein kaliber. De kans dat zij ooit aan enige macht komen, is te verwaarlozen. Dat is anders in Frankrijk. Marine Le Pen van de Rassemblement National, voorheen het Front National, is enthousiast Poetin-aanhanger. Door de oorlog in de Oekraïne neemt ze nu (voorlopig?) afstand van hem. Vermoedelijk vooral uit opportunisme. In Frankrijk hebben de meeste kiezers weinig tot geen begrip voor de Russische inval en Le Pen zal haar kansen bij de presidentverkiezingen in april niet willen vergooien. Maar de hoofdoorzaak van de crisis ligt volgens haar voornamelijk bij het Westen. Dat zou geen rekening hebben willen houden met de ‘begrijpelijke en gerechtvaardigde veiligheidszorgen’ van Rusland.

Niettemin, ze bleef geloven in diplomatie en gaf president Emmanuel Macron ervan langs omdat hij ‘daarin zou hebben gefaald’. Nu heeft geen politicus vaker met Poetin aan tafel en de telefoon gezeten en geprobeerd te redden wat er te redden viel dan Macron. Ook met – volgens de Baltische bondgenoten te veel – begrip voor de Russische veiligheidszorgen. Alleen, dat telt niet in verkiezingstijd.

Le Pen zal het net als bij de vorige verkiezingen zo goed als zeker afleggen tegen Macron. Ze blijft een stoorzender maar zal dat vermoedelijk nooit vanuit het Elysee, het presidentiële paleis, kunnen doen.

Poetin kan de blik met meer hoop richten op Washington. President Joe Biden is in deze crisis de leider van het Westen maar of hij dat over twee jaar nog is, is de vraag. In de binnenlandse politiek, waar verkiezingen worden gewonnen en verloren, kan hij geen potten breken. De terugkeer van Poetin-fan Donald Trump in het Witte Huis, is iets om serieus rekening mee te houden.

Trump stelde zijn idool in Moskou niet teleur. De aanval op de Oekraïne was ‘geniaal en slim’. Hij, Poetin, valt de Oekraïne binnen met een ‘vredesmacht’. Wel stelde hij vast dat Poetin dit nooit had gedaan als hij nog president was geweest, maar voor consistentie en logica moest je nooit bij Trump wezen. Ook andere prominente Republikeinen staken Poetin een veer in de bilnaad. Oud-minister van buitenlandse zaken, Mike Pompeo, liet weten ‘groot respect’ te hebben. En bij Trumps huiszender, Fox News, kwijlde de belangrijkste ‘anchorman’, Tucker Carlson, eveneens van bewondering.

Het is jammer voor Poetin, – en ons geluk -, dat zijn belangrijkste nuttige idioot op dit moment niet in het Witte Huis zit. Helaas is dat geen enkele garantie voor de toekomst.