De Duitse Groenen hebben het afgelopen jaar harder dan ooit de botsing tussen ideaal en werkelijkheid gevoeld. Opgericht als een ‘vredes- en milieubeweging’ merken ze nu dat regeren van au gaat. En dat gebeurt uitgerekend op de terreinen waar ze het helemaal anders wilden doen. Wat schreef Willem Elsschot ook al weer? ‘Tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren’.

De aanpassing aan de realiteit verloopt op het ene terrein beter dan op het andere. Poetins oorlog in de Oekraïne heeft de Groenen sneller wakker geschud dan ze zelf waarschijnlijk ooit hadden kunnen bevroeden. Terwijl de sociaaldemocraten van Bondskanselier Olaf Scholz zich de slaap nog uit de ogen wrijven, namen de Groenen afscheid van hun resterende pacifisme en de laatste illusies over harmonische relaties met Rusland. Het kernstuk van de sociaaldemocratische buitenlandse politiek, de Ostpolitik, kon wat hen betreft in de vuilnisbak.

In de coalitie met de sociaaldemocraten (SPD) en liberalen (FDP) nemen de Groenen buitenlandse zaken voor hun rekening. Annalena Baerbock (42) zal in de belangrijke hoofdsteden niet met groot vertrouwen zijn begroet. Ze nam nul ervaring mee plus wat flauwe kul over feministisch buitenlands beleid. De sceptici stelden zich gerust met het vooruitzicht dat als het erom zou spannen, ‘buitenland’ ‘Chefsache’ zou worden. ‘De kanselier is de kok en de minister de kelner’, aldus de door zijn vriendschap met Poetin in diskrediet geraakte oud-kanselier Gerhard Schroeder (SPD). Zo was het altijd gegaan. Van de eerste naoorlogse bondskanselier, Konrad Adenauer, tot Scholz’s voorganger, Angela Merkel.

Om te zeggen dat de rollen zijn omgedraaid, zou te ver gaan. Scholz heeft nog altijd het laatste woord, maar Baerbock heeft zich ontwikkeld tot een sterkere minister dan verwacht. Na de eerste schok, –  de invasie kwam in Duitsland harder binnen dan bij ons -, wisten Baerbock en met haar de Groenen meteen aan welke kant ze moesten staan. Lang gekoesterde dogma’s en taboes ook over wapenleveranties gingen eerst aarzelend maar gaandeweg resoluter over boord. Samen met de FDP zaten en zitten de Groenen de dralende Scholz en zijn verdeelde SPD voortdurend achter de broek. Poetin voert al bijna een jaar een vernietigingsoorlog maar er zijn nog steeds sociaaldemocraten, – en een club dolende  BN-ers! -, die weigeren in te zien dat je met hem geen zaken kan doen.

Het laatste twistpunt betreft de levering van zware tanks, de Leopards, aan Kiev. De Groenen en liberalen zijn voor maar Scholz kruipt weg achter elk mogelijk excuus om (nog) niet te hoeven leveren. Het alibi van Scholz kent twee elementen: de oorlog mag niet escaleren en een Duitse Alleingang is uit den boze. Het eerste klinkt steeds holler zoals Poetin met zijn dagelijkse bombardementen op burgerdoelen laat zien. En van het tweede kan geen sprake zijn als je bondgenoten samen en in overleg Kiev willen voorzien van de gevraagde wapens.

De verwachting is dat Scholz uiteindelijk, mogelijk deze week bij het NAVO-beraad op de vliegbasis Ramstein, overstag gaat, maar in Brussel, Washington, Londen, Parijs en Warschau zullen ze zich geïrriteerd afvragen waarom het weer zo eindeloos moest duren.

Op het tweede beleidsterrein, klimaat en energietransitie, hebben de Groenen meer kopzorg. Dat is de portefeuille van Baerbocks collega, vice-kanselier Robert Habeck. En net als Baerbock behoort Habeck tot de realistische vleugel van zijn partij. Maar anders dan Baerbock heeft Habeck op zijn terrein last van activistische ‘fundamentalisten’ (Fundi’s).

Klimaat is nog meer dan de wereldvrede het speerpunt van de Groenen en helemaal van de Fundi’s. Die laatsten hebben de neiging om voor hen onaangename ontwikkelingen te ontkennen. Wat er ook gebeurt, oorlog of geen oorlog, het klimaat moet gered worden. Dat Poetin daar geen rekening mee houdt, is geen reden om voorlopig een pas op de plaats te maken. Dus toen Habeck besloot  kolen- en ook nog kerncentrales open te houden, terminals voor vloeibaar gas (lng) aan te leggen en lng in te kopen in Qatar om de afhankelijkheid van Russische energie af te bouwen, overschreed hij voor veel Groenen de rode lijn.

De afgelopen week leverden activisten en politie verwoed slag om en rond het allang door zijn bewoners verlaten gehucht Lutzerath in de deelstaat Noordrijn-Westfalen (NRW). De energiereus RWE wil in dat gebied bruinkool winnen en heeft de daarvoor benodigde vergunningen. Nu wordt NRW geregeerd door een coalitie van de conservatieve CDU en de Groenen, waarbij een Groene minister over het klimaatbeleid gaat. In het regeerakkoord is vastgelegd dat de bruinkoolwinning doorgaat, maar dat er in 2030, acht jaar eerder dan gepland, een einde aan komt. Een voor de Groenen goed verdedigbaar compromis, zou je zeggen, maar voor de harde kern was het ‘verraad’. In de Groene hoofdkwartieren schijnt het opzeggingen te regenen.

Het is de ‘ontgroening’ (sorry) waaraan een protestweging die bezig is een bestuurspartij te worden, niet aan kan ontkomen. Het betekent het opgeven van het eigen onwrikbare gelijk, het relativeren van absolute, onaantastbare standpunten en om net als oud-PvdA-leider Diederik Samsom, als oud-activist ervaringsdeskundige in deze, ‘de schoonheid van het compromis’ te erkennen. Daar is natuurlijk een ondergrens aan. Kernenergie zal bijvoorbeeld altijd een Groen taboe blijven, al ging Habeck er mee akkoord om de drie nog werkende centrales voorlopig open te houden. Maar zonder principes te verloochenen is een flexibele omgang met de constant veranderende politieke werkelijkheid voorwaarde om te kunnen regeren. Dat gaat vaak gepaard met dilemma’s en van tijd tot tijd een pijnlijke spagaat. Zo werkt een democratie. Wie dat, anders dan Baerbock en Habeck, niet accepteert, moet in zijn boomhut blijven.