De Duitse boeren hebben zich nu ook aangesloten bij het pan-Europese protestleger. De boeren gaan deze week het land platleggen met blokkades, bezettingen en demonstraties. Net als anderhalf jaar geleden bij ons zullen ze met hun trekkers over de snelweg naar regeringscentra trekken om ‘het’ de autoriteiten in te peperen. En net als bij ons zijn de boerenorganisaties bang dat ‘radicale elementen’ de acties zullen overnemen.

Vorige week moest de politie de vice-kanselier en minister van duurzaamheid en economische zaken, Robert Habeck, ontzetten toen een meute de veerboot wilde bestormen waarop de bewindsman terugkeerde van vakantie. Habeck (Groen) kwam met de schrik vrij, maar hier en daar hangen zijn collega’s langs de weg al aan de galg. Nog als stropoppen maar de stemming zit er dus goed in.

Waarom zijn de boeren in alle staten?

De regering in Berlijn moet extra bezuinigen omdat ze de begroting maar niet op orde krijgt. De boeren vinden dat ze door dat falen onevenredig zwaar worden aangeslagen. De regering was van plan de subsidies op diesel en de btw-vrijstelling op de aankoop van landbouwmachines te schrappen. De maatregelen vielen de boeren rauw op het dak, omdat de regering weer eens slecht ‘communiceerde’. Dat overkomt de coalitie die vanwege de partijkleuren rood (sociaaldemocratische SPD), geel (liberale FDP) en Groen, de ‘Ampel’ (verkeers- of stoplicht) wordt genoemd, vaker. Zelfs de Groene minister van landbouw was door de collega’s niet op de hoogte gebracht.

Bij de eerste protesten kregen de boeren steun van de minister. De regering ging overstag, wat evenmin ongebruikelijk is bij de eerste tegenwind, en trok de afschaffing van het btw-voordeel in. Maar de verhoging van de dieselaccijns bleef staan en daarom klimmen de boeren alsnog op hun trekkers. Anders dan bij ons is het protest dus niet gericht tegen maatregelen als het stikstofbeleid. De Duitse collega’s hebben daar geen last van, omdat de normen veel ruimer zijn dan bij ons. Het lijkt eerder op het oproer van de Franse gele hesjes die vijf jaar geleden het openbare leven lam legden uit protest tegen de verhoging van de benzine- en dieselaccijns.

Het is nog niet duidelijk of de boeren kunnen rekenen op de sympathie van het grote publiek dat zich afvraagt of en hoe gerechtvaardigd het protest is. Economen hebben becijferd dat de sector door de staat en de EU zeer ruimhartig wordt bedeeld. Een kleine 50 procent van het boereninkomen zou bestaan uit subsidies, toeslagen en andere specifiek voor hen gunstige regelingen. Op hun beurt zeggen de boeren dat die subsidies etc nodig zijn om het hoofd boven water te kunnen houden. De noodzaak bewijst juist hoe beroerd ze ervoor staan. Een boer zei dat de dieselaccijns hem 10.000 euro per jaar zou kosten. Dan kon hij de stal beter meteen sluiten.

De sympathie is in hoge mate afhankelijk van het ongemak dat de boeren veroorzaken. Vanaf woensdag staken de treinconducteurs, zodat men met de boeren op de Autobahn vreest voor een verkeersinfarct. Als ook nog de beruchte rechts radicale elementen in actie komen, kan het met de sympathie gauw gedaan zijn. Duitsers hebben doorgaans wel begrip voor protestacties maar het moet wel netjes blijven. De voorzitter van de boerenbond bezweert dan ook dat zijn leden zich aan de wet zullen houden.

Aan de andere kant zijn de boerenacties de zoveelste uiting van een breed uitgewaaierde, algehele malaisestemming. De coalitie in Berlijn kan geen goed doen. Het lukt de Ampel maar niet om de neuzen zelfs maar voor korte duur in dezelfde richting te krijgen. Bij elk besluit van enige importantie vliegen de Groenen en de liberalen elkaar in de haren. Kanselier Scholz staat erbij en kijkt er naar. ‘Wie bij mij leiding bestelt, krijgt die ook’, heeft hij ooit beloofd. Daar wordt steeds vaker om gelachen. De kiezer vindt hem volgens de polls de zwakste kanselier sinds de oorlog.

De grootste oppositiepartij, de conservatieve CDU/CSU, scoort met rond de 30 procent veel beter, ongeveer twee keer zo goed, dan de SPD van Scholz en de Groenen, – de FDP schommelt rond de kiesdrempel van 5 procent -, maar de vlag kunnen ze niet uithangen. Gevraagd of de CDU/CSU het veel beter zou doen, zegt de kiezer: dat moet ik nog zien. De profiteurs van het grote onbehagen zijn net als in steeds meer Europese landen de populisten, de extreemrechtse Alternative für Deutschland (AfD). De AfD is met ruim 20 procent inmiddels de tweede partij.

Dit jaar zijn er een paar verkiezingen die hun omineuze schaduw vooruitwerpen. Op 9 juni kiest men het Europese parlement. En in de herfst gaan de kiezers in de oostelijke deelstaten, Brandenburg, Saksen en Thüringen naar de stembus. Vooral die deelstaatverkiezingen zien de gevestigde partijen met angst en beven tegemoet. Het is nog vroeg dag maar als de peilingen kloppen, vindt er in die deelstaten een aardverschuiving plaats. De AfD dreigt met afstand de grootste worden. Daardoor betrekt de toch al donkere lucht boven Berlijn nog meer: houdt de rest van het land het nog droog? Politicologen verwijzen somber naar het succes van de BoerBurgerBeweging (BBB) en de triomf van Geert Wilders bij ons in de polder. Dat zoiets ook in Duitsland kan gebeuren, is opeens een realistisch vooruitzicht.

Nu neigen Duitsers vaak naar zwartgalligheid, helemaal als zoals nu de economie slecht draait, maar ook wanneer je dit verdisconteert, zijn de voortekenen momenteel bijzonder ongunstig. De boerenopstand zou wel eens een politiek zeer onstuimig jaar kunnen inluiden.