De ChristenUnie ontstond in 2000 (uit een fusie van de streng-protestantse GPV en RPF) en heeft sindsdien al driemaal deel uitgemaakt van een regering. Ze zat in Balkenende IV (met CDA en PvdA, van 2007 tot 2010), in Rutte III (met VVD, CDA en D66, van 2017-2021) en op dit moment in Rutte IV (zelfde samenstelling). Een volwassen, serieus te nemen partij, zou je mogen concluderen. Ze heeft weliswaar niet meer dan een handvol zetels, maar doet wel degelijk mee aan het spel om de macht. Dat ze af en toe een meloen moet doorslikken, valt haar – gezien haar geringe omvang – nauwelijks kwalijk te nemen. Ook de VVD moet af en toe meloenen tot zich nemen, en die is bijna zeven keer zo groot.

Toch is er wel een verschilletje met VVD, D66 en zelfs met het in de polls nauwelijks grotere CDA. De ChristenUnie wordt namelijk niet echt serieus genomen. Ze kan een congres organiseren waarbij de leden uiterst dreigende taal laten horen, zonder dat iemand daar wakker van ligt. Zoals gisteren.

De orthodoxen kwamen in Zwolle bijeen voor een ledenvergadering. Ruim 70 procent van de aanwezigen steunde een oproep om het kabinet strenger aan te pakken. Zij stemden voor een voorstel waarin staat dat bewindspersonen die ‘bijdragen aan een onbetrouwbare bestuurscultuur’ een motie van afkeuring of zelfs van wantrouwen aan hun broek (rok) dienen te krijgen. Minister Hugo de Jonge bijvoorbeeld, die onlangs liet blijken een potje te hebben gemaakt van de mondkapjesdeal en er daarna ook nog eens vrolijk op los loog. Of premier Rutte, die regelmatig het slachtoffer is van geheugenverlies als dat hem handig uitkomt. Dergelijke kabinetsleden moeten er wat het GristenUnie-congres betreft flink van gaan lusten.

Partijleider Gert-Jan Segers stak in zijn speech de hand een flink eind in eigen boezem. Hij zei te ‘snakken’ naar fatsoenlijke politiek en naar debatten over ‘ideeën en idealen’. De motie waarin zijn leden vroegen om de nieuwe bestuurscultuur nu eindelijk eens serieus te nemen, valt dus bij hem in goede aarde.

Dat zou je althans denken. Maar is de kans nu groot, of laten we zeggen toegenomen, dat de ChristenUnie de komende regeerperiode een motie van wantrouwen zal indienen? Of op zijn minst steunen?

Nee, die kans is niet toegenomen. Segers en zijn mannenbroeders (wat is eigenlijk het vrouwelijke equivalent hiervan? ‘Mannenzusters’ klinkt nogal raar) zullen de komende jaren braaf meloenen blijven slikken. Heel veel meloenen. En ze zullen tegen iedere motie van wantrouwen stemmen die de oppositie in stemming laat komen. Laat staan dat ze er zelf een zullen indienen. Want als het kabinet valt door toedoen van de ChristenUnie, zal die bij de volgende kabinetsformatie geen enkele rol meer kunnen spelen. Ze zal dan zijn gereduceerd tot een klein oppositiepartijtje met zo’n 5 Kamerzetels, waarvan er meer dan genoeg zijn. En dat willen Segers en consorten natuurlijk niet. Ze willen belangrijk zijn. Of in elk geval lijken.