Het is twee dagen na de Iraanse aanval op Israel te vroeg om goed te kunnen inschatten wat er nu gaat gebeuren. Slaat Israel hard terug zoals in sommige kringen valt te horen? Of houdt de regering van Benjamin Netanyahu het hoofd koel en vermijdt ze verdere escalatie? Het oorlogskabinet zou verdeeld zijn over omvang en aard van represailles. En op de achtergrond houdt de VS een waakzaam oog in het zeil.

Zaterdagavond vuurden de ayatollahs 300 raketten en drones op af op de ‘Zionistische entiteit’. Het was de vergelding voor een Israëlische aanval op de Iraanse ambassade in de Syrische hoofdstad Damascus, waarbij zeven hoge officieren van de Revolutionaire Garde werden gedood. Voor iedereen was het duidelijk dat Teheran wel moest reageren, omdat zijn geloofwaardigheid op het spel stond. Maar het was eveneens duidelijk dat de reactie niet tot verdere escalatie mocht leiden. Overreageren zou het risico meebrengen dat de VS ingrijpt. En de Grote Satan vrezen de ayatollahs meer dan alle andere satans van deze wereld.

Ze kozen voor een ‘getelegrafeerde’ aanval. De actie werd aangekondigd en de Arabische buurstaten werden op de hoogte gesteld. De Amerikanen bleken bijna tot op het precieze tijdstip van de aanval geïnformeerd. Dat kan de verdienste van de inlichtingendiensten zijn geweest maar het valt niet uit te sluiten dat ze via ’tussenpersonen’ zijn gewaarschuwd. Hoe dan ook, de ayatollahs hadden geen verrassingsaanval in de zin.

Niettemin, de omvang was angstaanjagend en de vraag was of de Israëlische luchtverdediging niet overweldigd zou worden. De ‘Ijzeren Koepel’ slaagde met glans voor haar eerste serieuze vuurproef. Mede dankzij de steun van de VS, het VK, Frankrijk en een paar Arabische buurlanden, werd 99 pct van de raketten neergehaald. De schade was te verwaarlozen: een zevenjarige meisje raakte gewond en er was wat rommel op een luchtbasis. Voor de Israeli’s  was het na de pogrom en het trauma van 7 oktober een enorme psychologische opkikker. Dit keer hadden ze wel een aanval af weten te slaan.

De ayatollahs hebben zich met de aanval fors misrekend. Opeens voelde het Westen zich gedwongen zich achter Netanyahu en co op te stellen. Daarnaast verdween de Gaza-oorlog, – voor zo lang het duurt, natuurlijk -,  van de voorpagina’s. En daarmee werd de pr-winst van de oorlog, Israel als schurk in de verdachtenbank van de ‘internationale gemeenschap’, goeddeels teniet gedaan. Hoelang Netanyahu zich in dit onverdiende geluk kan zonnen, hangt natuurlijk af van zijn reactie. Slaat hij genadeloos terug of kiest hij voor de verandering voor een gematigd, ‘passend’ antwoord?

Met de eerste optie, bijvoorbeeld een aanval op Iran, zou hij de vers verworven broze goodwill meteen weer verspelen. In elk geval heeft Washington Jeruzalem gewaarschuwd dat niet te zullen steunen. In het oorlogskabinet zou de voorkeur uitgaan naar een gematigde reactie. Maar Netanyahu moet rekening houden met de nationalistische extremisten in het bredere kabinet. En deze heethoofden willen het liefst overgaan tot de totale aanval, ongeacht de repercussies.

Het ‘gematigde’ antwoord zou kunnen bestaan uit aanvallen op de Iraanse vazallen in de ‘as van het verzet’, met Hezbollah in Libanon als het meest geëigende doelwit. Het conflict in het grensgebied is tot nu toe beperkt gebleven tot schermutselingen, maar nu zou Israel de kans schoon kunnen zien om met de terreurbeweging af te rekenen. Maar als de ayatollahs een grootschalig offensief tegen hun belangrijkste handlanger als een onacceptabele escalatie zien, heb je de poppen aan het dansen. En dan kan de door iedereen gevreesde grote regionale oorlog losbarsten.

Een andere mogelijkheid is het voortzetten van de ‘schaduwoorlog’ tegen Iran met verhevigde middelen. Tot dat programma behoort het vermoorden van kopstukken van de Revolutionaire Garde, het saboteren van (militaire) infrastructuur en de ayatollahs anderszins, – waar mogelijk het verzet tegen het gehate regime steunen -, het leven zuur maken. In dit verband komt vaak een aanslag op de installaties waarin Teheran aan een atoombom werkt, voorbij, maar volgens deskundigen is dat niet reëel. Israel zou niet in staat zijn de diep gelegen, uit vele betonlagen opgetrokken bunkers, op te blazen. Alleen de Amerikanen hebben daartoe de wapens en voor hen is dat vooralsnog een brug te ver. Daarentegen zou het vermoorden van atoomgeleerden wel kunnen. Dat heeft de Mossad, de bijna mythische buitenlandse geheime dienst, al eerder gepresteerd.

Als Netanyahu zich laat overtuigen van de noodzaak van een gematigd antwoord, moet hij wel de extremisten in zijn kabinet tevreden stellen. Zij zullen een aanval op Raffah, het laatste Hamas-bolwerk in Gaza, eisen. Omdat de meeste Israeli’s ondanks hun inmiddels regelrechte afkeer van Netanyahu de vernietiging van Hamas willen, ook omdat ze hopen zo de laatste gijzelaars te kunnen bevrijden, zou hij daar wel eens voor kunnen kiezen. De voorbereidingen zijn in volle gang en Netanyahu beweert dat de datum vaststaat.

Gevreesd wordt, dat een aanval op Raffah uitloopt op een bloedbad. De Israëlische troepen zullen de terroristen moeten verdrijven uit hun tunnels en andere schuilplaatsen. In en rond de stad proberen ongeveer 1 miljoen Gazanen te overleven en dat zou dan voor velen, vooral vrouwen en kinderen, niet meer mogelijk zijn. Hulptransporten zullen de stad niet kunnen bereiken en een hongersnood zou niet meer te voorkomen zijn. Het dreigt een tragedie van epische omvang te worden. En of de Amerikanen Netanyahu daarvan kunnen weerhouden, is zeer de vraag.

Kortom, de Iraanse aanval heeft een nieuwe fase ingeluid, maar of de situatie wezenlijk is veranderd, moeten we afwachten.