Boris Johnson bij verkiezingen 2019
Foto gezien op Lancashire News

Dat de Britse Conservatieven bij tussentijdse verkiezingen beide Lagerhuiszetels hebben verloren, is geen verrassing; de partijtop had dat al ingecalculeerd. Maar dat de klap zo hard zou zijn, hadden weinig mensen verwacht. Partijvoorzitter Oliver Dowden is subiet afgetreden. In zijn afscheidsbrief (‘iemand moet toch verantwoordelijkheid nemen’) bedankt hij iedereen, behalve Boris Johnson. Dat is een veeg teken voor de premier. Dowden was uit hoofde van zijn functie ook lid van het kabinet, hij is de eerste bewindspersoon die aftreedt. De vraag is of zijn stap navolging krijgt.

De grootste oppositiepartij Labour heeft in Wakefield in het noorden van het land de zetel teruggewonnen die ze tweeënhalf jaar geleden verloor bij de algemene verkiezingen. Toen wisten de Conservatieven op veel plekken in te breken in het traditionele bolwerk van de socialisten in de Midlands, het industriële hart van het Verenigd Koninkrijk. Het Conservatief parlementslid dat het kiesdistrict vertegenwoordigde, was veroordeeld voor seksueel misbruik van een minderjarige en moest aftreden.

Nog spectaculairder is het verlies in Tiverton en Honiton in Devon in het zuidoosten, sinds anderhalve eeuw in handen van de Tories maar vanaf nu geel getint, de kleur van de ‘LibDems’, de Liberale Democraten. De Conservatieve parlementariër daar moest opstappen nadat hij was betrapt op het kijken naar porno op zijn telefoon, nota bene in het Lagerhuis. Zijn verdediging was dat hij, landbouwer van huis uit, op zoek was naar een nieuwe tractor van het merk Dominator en bij het surfen over het internet zomaar op en pornosite terechtkwam. Sinds deze verklaring is de man de risée van het land.
Vanuit Rwanda, waar hij een Gemenebestvergadering bijwoont, liet Johnson weten dat hij er niet over piekert af te treden. ‘Ben je gek geworden?’, vroeg hij aan de verslaggever die hem deze optie voorlegde. Volgens hem is het heel gewoon dat een regeringspartij bij tussentijdse verkiezingen verliest. Dat klopt inderdaad, maar twee nederlagen op één dag, en dan ook nog zo verpletterend, dat komt zelden voor.

Boris mag dan zelfverzekerd overkomen, zijn situatie is vrij hopeloos. Een maand geleden kreeg hij bijna een motie van wantrouwen van zijn eigen partijgenoten in het Lagerhuis aan zijn broek, vanwege zijn rol in ‘partygate’, de feestjes in Downing Street, ondanks de strenge lockdowns. Volgens de interne regels van de Tories kan er nu een jaar lang niet zo’n motie tegen hem worden ingediend. Maar die regels zijn heel eenvoudig te veranderen, en politieke commentatoren verwachten ook dat dat de komende weken of maanden gaat gebeuren. En het staat vrijwel vast dat de premier een volgende motie niet overleeft.

De 359 Conservatieve Lagerhuisleden tellen namelijk hun knopen. Als zo’n veilige zetel in Devon al verloren gaat, hoe zit het dan met de andere, minder comfortabele zetels van de Tories? Analyse van de uitslag laat zien dat Labourkiezers in Devon niet op hun eigen partij hebben gestemd, maar op de veel kansrijkere LibDems; in Wakefield in het noorden is het omgekeerde gebeurd. Dat dit tactisch stemmen van de aanhang van de twee voornaamste oppositiepartijen, waar jarenlang geen sprake van was, nu weer populair wordt, is een groot gevaar voor de Conservatieven. Als de trend van deze week zich doorzet, verliezen ze de algemene verkiezingen die uiterlijk in 2024 moeten worden gehouden.

Johnson was de vorige keer, eind 2019, een enorme stemmentrekker. Maar hij is nu een risico geworden voor de Conservatieven. De geschiedenis leert dat de partij snel afscheid neemt van de leider die een blok aan het been is geworden.
De premier kan bijna niets meer goed doen. Hij gaat door voor een onbetrouwbaar figuur, een geboren leugenaar. Boris beloofde gouden bergen als het VK eenmaal de EU zou hebben verlaten. Maar Brexit brengt eerder ramp- dan voorspoed. De inflatie is torenhoog, de economische groei is veel lager dan in andere Europese landen, het gezondheidsstelsel NHS kraakt in z’n voegen, en de regering-Johnson ligt overhoop met de vroegere EU-collega’s door het Brexitakkoord op een paar cruciale punten te willen opblazen.

De partijtop maakt zelfs ruzie met het Koninklijk Huis en de Anglicaanse kerk door asielzoekers naar Rwanda te willen deporteren. ‘Vreselijk’, zou prins Charles in kleine kring hebben gezegd. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft voorlopig een stokje voor het plan gestoken. Als reactie daarop hebben prominente Conservatieven gesuggereerd deze instelling niet langer te erkennen.

 

Er dreigt nog meer onheil voor Johnson. Er loopt een parlementair onderzoek naar partygate met daarbij de vraag of de premier het Lagerhuis heeft voorgelogen, een politieke doodzonde. En hij is de afgelopen dagen in opspraak geraakt door berichten dat hij een paar jaar geleden als minister van buitenlandse zaken zijn maîtresse Carrie (inmiddels zijn wettige echtgenote) aan een prominente baan op het ministerie heeft geholpen. Mogelijk komt daar ook een onderzoek naar.

‘We kunnen niet op deze weg doorgaan’, verzucht de afgetreden voorzitter Dowden in zijn ontslagbrief. Een vroegere partijleider, Michael Howard, heeft al openlijk aangedrongen op het vertrek van Johnson. De verwachting in Westminster, het Londense Binnenhof, is dat hij de zomer nog wel aanblijft maar in de herfst, ten tijde van het jaarlijks partijcongres, zijn biezen moet pakken.