De kabinetsformatie zit muur- en muurvast. Een regering van PVV, VVD, NSC en BBB gaat er hoogstwaarschijnlijk niet komen. NSC van Pieter Omtzigt wil niet, en hij heeft zo langzaamaan geen mogelijkheid meer om nog op zijn besluit te kunnen terugkomen. PVV-leider Geert Wilders heeft de hoop weliswaar nog niet opgegeven dat dat gebeurt, maar de kans dat Omtzigt zijn oordeel heroverweegt lijkt mij heel klein.

Ongetwijfeld zal de breuk tot heel wat zwartepieten leiden, waarbij ze allebei elkaar de verantwoordelijkheid in de schoenen proberen te schuiven voor de mislukking. En ongetwijfeld bestaat er ook wederzijdse verwijtbaarheid. Maar de hoofdschuldige is naar mijn mening toch Wilders.

Natuurlijk, Omtzigt heeft vanaf het begin geaarzeld en gedraaid. Hij liet weten dat bij de PVV de grondrechten van de burgers niet in veilige handen waren. Dat hij grote moeite had met sommige omstreden uitspraken van Wilders uit het verleden. En dat hij de afstand tussen hen beiden aanzienlijk vond.

Niettemin ging hij na de verklaring van de vorige informateur Ronald Plasterk dat ‘de lucht geklaard’ was weer met Wilders aan de onderhandelingstafel zitten. Want hij had er vertrouwen in dat alles toch goed zou komen. Dat zei hij althans.

Toch kan dit alles niet wegnemen dat de PVV-leider de meeste blaam treft. Weliswaar zette hij als teken van zijn goede wil een aantal initiatiefwetten die nog op de plank lagen ‘in de ijskast’, maar dat waren voorstellen die toch al geen kans maakten om een meerderheid te halen. Zo was de PVV van plan om ‘bepaalde islamitische uitingen’ te verbieden en om van terrorisme verdachte personen zonder tussenkomst van de rechter vast te kunnen zetten. Ideeën waarover de Raad van State zeer negatief had geoordeeld. En die zo goed als zeker in de Tweede Kamer zouden sneuvelen.

Op deze manier probeerde Wilders iedereen ervan te overtuigen dat zijn nieuwe bijnaam ‘Milders’ niet ten onrechte was verleend. Maar Omtzigt, die onder vier ogen met de PVV-baas sprak, bleek niet overtuigd.

Dat Wilders zich de afgelopen week bereid toonde te praten over ‘iedere vorm van hulp’ aan Oekraïne, werd ook algemeen beschouwd als een ‘handreiking’. De PVV in de Eerste Kamer stemde desondanks even zo vrolijk tegen extra financiële steun aan dat land.

In een reactie hierop gebruikte Wilders de term ‘logisch’, want de formatie was nog allerminst afgerond. Ikzelf kan me situaties indenken waarbij het begrip ‘logisch’ meer van toepassing is.

Anders gezegd: de ‘tegemoetkomingen’ waren alleen bedoeld voor de bühne, of hoe je het ook noemt. Wilders wilde de formatie redden, maar niet zijn ideologie opgeven. Of toch alleen een paar ondergeschikte puntjes. En alleen voorlopig.

Veel bereikt heeft hij tot dusver niet. Omtzigt vertrouwt hem niet. En terecht, al had hij beter helemaal niet met de PVV kunnen onderhandelen.

Zoals gezegd: de vorming van een meerderheidskabinet is vrijwel onmogelijk. Informateur Putters kan eigenlijk alleen nog naar een minderheidskabinet kijken. Naar het schijnt wil Omtzigt daar wel aan meewerken. Al vermoed ik dat  VVD-leider Dilan Yeşilgöz niet zoveel zin heeft zich door hem op deze wijze te laten passeren.

Met andere woorden: dat minderheidskabinet zou wel eens vooral gedoogd kunnen worden. En dus snel kunnen vallen.