PvdA en GroenLinks willen één partij gaan vormen, maar voorlopig nog even niet. Bij de Provinciale Statenverkiezingen in maart volgend jaar nemen ze ieder met een afzonderlijke lijst deel. Ook bij de verkiezingen voor de Eerste Kamer (door de nieuwe Statenleden) op 30 mei 2023 doen ze apart mee. Daarna pas willen de twee partijen hun fracties ineenschuiven.

Twee partijen en toch al een beetje één. PvdA en GroenLinks zeggen ervan overtuigd te zijn dat hun gezamenlijke fractie straks de grootste in de senaat is. ‘De afrekening met het kabinet gaat komen,’ pochen ze alvast in de Volkskrant.

Niettemin houden ze voor noodgevallen – zo blijkt uit hetzelfde artikel – vooralsnog de ‘weg terug’ open. Zeker de PvdA doet dat. Want daar bevinden zich de meest geharnaste tegenstanders van een fusie.

Vooral de ouderen (in die partij het leeuwendeel van de leden) hikken er tegenaan om de handen definitief met GroenLinks ineen te slaan. Dat zou namelijk het einde betekenen van alles wat ze in hun leven hebben nagestreefd, denken ze. Ze hebben trouwens nu al ruzie over de kandidatenlijst voor de senaat. Voor nóg meer ruzie als GroenLinks er bij zou komen, hebben deze oudjes helemaal niet meer de energie

Maar is er echt een ‘weg terug’? Formeel wel natuurlijk. Als het samengaan niet bevalt kunnen beide partijen weer gewoon hun eigen gang gaan. Toch lijkt die optie me vooral theorie. Stel eens dat de twee partijen zouden zeggen: we zien bij nader inzien van onze plannen af, want we kunnen het niet eens worden over de inhoud? Het hoongelach zou vermoedelijk nooit meer ophouden. Vooral in extreemrechtse kring – waar ze overigens door ideologische conflicten menige afsplitsing beleven – zouden de hatelijke opmerkingen niet meer zijn te stuiten. Bovendien zouden PvdA en GroenLinks zich dan voor waarschijnlijk eeuwig veroordelen tot de rol van kleine partijtjes, die in kabinetsformaties geen enkele rol van betekenis kunnen vervullen.

Een fusie is dus onvermijdelijk. Wat heeft het dan voor zin daar nog lang mee te wachten? Ik begrijp wel dat de twee partijen niet meteen als een olifant door de porseleinkast willen stuiven. Enige compassie met leden die grote moeite hebben met elke verandering is op haar plaats. Maar zelfs de meest verstokte oudgedienden moeten langzaamaan toch weten waar ze aan toe zijn? De eerste signalen voor een samengaan dateren al van vrij lang geleden.

Uiteraard bestaan er verschillen (nou ja, verschilletjes) tussen PvdA en GroenLinks, zowel wat standpunten betreft als qua partijcultuur. Maar die verschillen zijn er tussen de leden van bijvoorbeeld VVD of CDA ook. Bij de VVD, om maar iets te noemen, is ongeveer de helft van de betalende achterban doodsbenauwd de agrarische sector ook maar een strobreed in de weg te leggen als het gaat om de stikstofuitstoot. Toch heeft dat nog niet tot een afsplitsing geleid. Tegenstellingen kom je in elke partij tegen. Als iedereen die het niet volledig eens is met zijn buurman met een eigen lijst aan de verkiezingen zou meedoen, had je stembiljetten met de omvang van het telefoonboek nodig.