We beleefden gisteren volgens PVV-leider Geert Wilders ‘een historische dag’. Nu heb ik het niet zo op die kwalificatie ‘historisch’. Die wordt naar mijn smaak op haast elke gebeurtenis geplakt, zodat er geen superlatieven meer over blijven.

Niettemin was er wel degelijk iets bijzonders te melden. PVV, VVD, NSC en BBB, die al zo lang onderhandelen over een regeerakkoord, werden het zo waar eens. Onder leiding van Ronald Plasterk (of een andere voetveeg van Wilders) gaan ze een kabinet vormen. Het zal nog even duren voor dat op het bordes staat, want ze moeten de ‘poppetjes’ nog. Dat geeft vast de nodige problemen.

Niettemin: voor de zomer zal de koning de nieuwe ploeg naar verwachting beëdigen. Wie had dat een tijdje terug, toen er voornamelijk ruzieklanken opstegen uit de formatiekamer, kunnen bevroeden?

Maar interessanter nog is de vraag hoe lang het kabinet-Plasterk (of wie dan ook) het gaat uithouden. Het mag niet te vroeg vallen. Want een flink deel van de kiezers zal dan niet het gevoel hebben dat het aan Wilders lag. Terwijl het in mijn ogen wél aan Wilders ligt.

Natuurlijk zijn de andere partijen ook medeschuldig. Dat geldt zowel voor bijwagen BBB als voor de dwarsliggende, maar telkens net op tijd inbindende Pieter Omtzigt van NSC. Het geldt ook voor de VVD, die zich van een lastpost voor de 13 zetels grotere PVV ontwikkelde tot een trouwe fan.

Maar de partij van Wilders blijft de hoofdoorzaak van alle ellende die dit land de komende jaren te doorstaan krijgt. Hij is degene die in de meest rechtse ministersploeg ooit de dienst gaat uitmaken. Ook al zit hij er zelf niet in.

Eigenlijk is dat achteraf jammer. Geert heeft gekozen voor de rol die hem het beste past: achter de interruptiemicrofoon in de Tweede Kamer. De andere partijleiders uit het regeringskamp zijn daar ook te vinden, al zullen ze zich wat minder nadrukkelijk met het debat bemoeien. Wilders wel. Hij kan niet anders. En bovendien komt het hem handig uit.

Je kunt je voorstellen hoe een Kamersessie verloopt. Wilders zal het nieuwe kabinet wel in bescherming nemen. Maar zijn steun zal minimaal zijn. Dat noopt de andere coalitiepartners om hem van repliek te dienen. Ze zullen niet vechten tégen, maar voor het kabinet.

Het effect zal zijn dat Wilders de door hemzelf aangewezen ministersploeg zal aansporen tot meer haast en daadkracht (onder meer op asielgebied). De andere regeringspartijen schieten noodgedwongen in de verdediging, want wie moet het anders doen?

De tv-kijker thuis (slechts een handvol mensen bezoekt de Kamerdebatten) zal erin trappen. Hij/zij zal denken: het komt niet door Wilders, want die is van goede wil. En hem belonen met een stem bij de verkiezingen.

Die zullen namelijk vrijwel zeker komen. Als Wilders slim is trekt hij er zelf snel de stekker uit. Want de breker kan in dit geval wel eens vrijuit gaan.