Ronald Plasterk is geen informateur meer. Toch zal hij zijn wekelijkse column in De Telegraaf niet meteen oppakken. Volgens hem is het niet zuiver om dat te doen. ‘Als je schrijft over politiek, raak je altijd aan het formeren van het kabinet,’ zei hij tegen de NOS. ‘Terwijl je zelf in de keuken hebt gezeten en meegedraaid.’
Heel goed van ome Roon. Zo hoor je je op te stellen. Voormalige bewindslieden die hun diensten aan een krant aanbieden, kunnen daar nog een lesje van leren. Dit is pas oprechtheid!
Toch vermoed ik dat Plasterk ook een ander motief heeft om voorlopig geen columns te schrijven. Misschien heeft hij de ambitie om minister-president te worden van een extreemrechts kabinet nog helemaal niet opgegeven.
Natuurlijk kan hij daar voorlopig niet mee te koop lopen. Het is beter te zwijgen tot het zover is. En mocht hij niet benoemd worden dan is de enige optie uiteraard ontkennen dat er ooit sprake van was. Maar volgens mij hoeft hij niet te wanhopen.
Want wie moet anders dat kabinet aanvoeren? PVV-baas Geert Wilders komt volgens mij niet in aanmerking, ook al roept hij van alle daken dat dat zijn grootste wens is. Wilders heeft genoeg andere dingen aan zijn hoofd, zoals het leiden van zijn volstrekt onervaren fractie.
De PVV-leider is trouwens – zoals hier eerder uiteengezet – als politicus een typische aanvaller. Iemand die veel liever bij de interruptiemicrofoon staat te brullen dan dat hij slappe compromissen bedenkt om de boel overeind te houden. Die houding moet hij weliswaar deels laten varen als er een door de PVV beheerst kabinet aantreedt, maar zolang hij in de Tweede Kamer zit kan hij in ieder geval de illusie van oppositiepoliticus handhaven.
Bij zijn potentiële kiezers zal dat zeker goed vallen. ‘Laten we de volgende keer massaal op hem stemmen, dan heeft hij geen coalitiepartners meer nodig,’ zal de mening van zijn aanhang zijn.
Bovendien is er ook nog zoiets als de EU in Brussel. Een premier moet daar zeer regelmatig naar toe om tijdens ellenlange en doodsaaie vergaderingen sloten water bij de wijn te gieten, in de hoop een tussenoplossing te bereiken. Niks voor Wilders. Geef hem maar een Nexit!
Er zijn vanzelfsprekend nog andere regeringsleiders mogelijk dan Plasterk. VVD-leider Dilan Yeşilgöz bijvoorbeeld. Of Mona Keijzer van BBB. Of wie weet Pieter Omtzigt.
Maar bij de VVD moet je eerst eens zien of ze wel willen. Dilan liet dat in het laatste Kamerdebat behoorlijk in het midden. Mona is ook niet ideaal, om het zachtjes uit te drukken. En Pieter heeft diverse keren laten weten dat hij de premiersrol helemaal niet nastreeft.
Je moet bovendien maar afwachten of Kim Putters hem nog weet over te halen om toch mee te doen. Als dat dit niet lukt, hoef je op Yeşilgöz ook niet te rekenen. Dat wil zeggen: tenzij ze straks wéér met een ander verhaal komt.
Maar voorlopig lijkt Plasterk een veiliger gok. Dat staat ook wel mooi: een PVV-kabinet, geleid door een PvdA’er.
En als het allemaal verkeerd afloopt, is er ook nog iemand om de schuld aan te geven.
Geef een reactie