Nu Mark Rutte eindelijk benoemd is tot secretaris-generaal van de NAVO, hoor je steeds vaker dat ‘we hem gaan missen’. Dat is om een paar redenen begrijpelijk. Rutte heeft 14 jaar de polderpolitiek gedomineerd. Er is een generatie opgegroeid die geen andere premier, hij is de langstzittende, heeft gekend. Dus alleen al omdat hij na al die jaren niet meer lijfelijk op het Binnenhof aanwezig zal zijn, zal hij gemist worden.

Dat zegt uiteraard nog weinig over zijn statuur.

Een maatstaf om een politicus, een regeringsleider, te beoordelen is, hoe groot de schade is die hij eventueel heeft aangericht. Sommige mensen vinden dit een te negatieve benadering. Ze verwachten van een politicus dat hij iets groots verricht, het land opstoot in de vaart der volkeren, kortom staatsman is. Dat komt zelden voor. Als een politicus zijn land redelijk ongeschonden door grote crises, oorlogen, economische depressies, natuurrampen, heeft geloodst mag hij daar aanspraak op maken. De meesten komen niet in die situatie. En dat is maar goed ook.

Is Rutte een staatsman? Het is nu veel te vroeg voor een definitief oordeel. Bovendien had hij lange tijd niet over geluk, geen oorlogen etc, te klagen. Maar hij was tijdens covid in elk geval een bekwaam crisismanager. In de EU bokste hij dermate ‘boven zijn gewichtsklasse’, dat men in Brussel op een bepaald moment sprak van de drie M’s. Naar Angela Merkel, Emmanuel Macron en Mark Rutte luisterden de collega’s met meer dan modale aandacht. Een columnist van de Financial Times, toch geen krant die een regeringsleider van een klein land op de voet volgt, noemde hem onlangs ‘misschien wel de meest onderschatte politicus van deze tijd’.

In de polder ging van alles mis, van toeslagen tot het Groninger gasdrama, waarbij hij soms stevig in de fout ging en zijn geheugen hem te vaak ‘in de steek liet’. Maar dat is het wezen van de politiek. Je hebt anders dan menigeen denkt, uiteindelijk weinig greep op ontwikkelingen en gebeurtenissen. Vandaar zijn scepsis over ‘visies’. (Iets voor de oogarts). Waar het op aankomt, is hoe je daar mee omgaat. Heb je de flexibiliteit, de mentale souplesse, hardheid, – wat de Italianen bij elkaar ‘grinta’ noemen -, om je aan die onvoorziene ontwikkelingen aan te passen en er het beste van te maken. Dat is de harde leerschool van de praktijk: ‘learning on te job’. En dat kunnen er niet veel.

Dat is in de eerste plaats een kwestie van karakter en temperament. En op dit punt heeft de natuur Rutte goed bedacht. Hij is een rasoptimist die zich niet gauw uit het veld laat slaan. Tijdens de formatie van 2021 werd hij wegens de ‘functie elders voor Omtzigt-‘ affaire genadeloos door de mangel gehaald. Het was nog net geen karaktermoord. U en ik zouden van ellende weg zijn gekropen in de donkerste hoek van de kelder en hadden ons weken niet vertoond. Rutte sloeg het stof van zijn kleren, beloofde beterschap, en ging verder. Dat kunnen de meesten evenmin.

Je moet ook goed met mensen kunnen omgaan. Hoor je dat, Frans Timmermans? Niet alleen met de zogeheten groten der aarde, maar juist, vooral, met de ‘gewone’ mensen met wie je op enig niveau moet samenwerken. Positie en status niet het overtrokken belang toekennen die een soepele dagelijkse omgang bemoeilijkt. Dat kon Rutte als weinig anderen. In een aardig stuk in NRC over de mens Rutte noteert de schrijfster dat de medewerkers in Brussel, van hoog tot laag, hem de aardigste noemen. Dat kun je onbelangrijk vinden, en misschien overdreven, maar het is wel degelijk van belang. Het is een eigenschap die je tot een goed teamleider maakt.

Er valt uiteraard nog heel veel meer over Rutte te zeggen en dat laten we bij deze over aan de historici, die t.z.t. niet alleen zijn rol als premier zullen onderzoeken maar ook hoe in zijn nieuwe baan, als secretaris-generaal van de NAVO, functioneerde.

Nu de andere reden waarom ‘we hem zullen missen’.

PVV I is om het vriendelijk te zeggen een experiment dat gedoemd is te mislukken. Als je de bemanning/bemensing van met name het PVV-smaldeel aan een niet eens grondige inspectie onderwerpt, slaat de schrik je om het hart. Marjolein Faber, Reinette Klever, Dirk Beljaarts, daar kun je toch niet eens de buurtsuper aan overlaten? Onder leiding van een oud-topambtenaar die waarschijnlijk geen notie heeft waaraan hij begint.

Enfin, daar hebben we in deze blog meer dan genoeg woorden over vuil gemaakt. Het is zoals het is en we moeten het met een woord van dank aan de kiezer ‘uitzitten’. Met gekruiste vingers.

Het grote risico met PVV I is dat de belangrijkste polderpoliticus momenteel Geert Wilders heet. De PVV-leider is wat je een ‘negatieve politicus’ kan noemen. Wilders is de koning van de onderbuik. De dompteur van de rancune en het grote onbehagen. Hij is daar zo mee vergroeid, dat een positievere rol nauwelijks voorstelbaar is. Als je gewend bent er altijd met gestrekt been in te gaan, ga je nu niet opeens voor de fair play bokaal. Dat vereist een metamorfose die niet in zijn persoonlijkheid zit. Ik kan me natuurlijk vergissen, maar denk het niet.

Het is natuurlijk onzin dat we na het vertrek van Rutte verweesd achterblijven. Zo belangrijk is geen enkele politicus. De schade die Wilders en co zullen aanrichten, zullen we best kunnen opvangen. Niettemin, we gaan je missen, Mark.