Het zit er bijna op. Acht weken zijn de mannen op zee geweest, nadat zij waren vetrokken uit Soerabaja. Het is benauwd in de O10, de onderzeeboot van de Koninklijke Marine. Het drinkwater smaakt muf, de rantsoenen zijn karig. Mijn vader, matroos eerste klas, verlangt naar huis. Om zijn moeder te zien, zijn zus en broers, om door Amsterdam te struinen en een fris biertje te drinken op het Leidse plein. De lente is begonnen en hij verbeeldt zich, dat hij het melodieuze gefluit van de merel door het gestamp van dieselmotoren kan horen.

Een klik op de intercom. De commandant deelt mee: ‘Op 10 mei is het Duitse leger het land binnengevallen. Ons leger heeft zich met man en macht verzet op de Grebbeberg. Om Nederland tot onvoorwaardelijk overgave te dwingen is op 14 mei de binnenstad van Rotterdam plat gebombardeerd. Wij wijken uit naar het Verenigd Koninkrijk.’

De O10 wordt onderdeel van de gezamenlijke strijdmacht van de Nederlandse en Engelse marine, met als thuisbasis het Isle of Bute voor de westkust van Schotland. Zoals zoveel jonge marinemensen ontmoet mijn vader in Engeland een meisje met wie hij op 2 november 1942 trouwt. Op 12 januari 1944 wordt tot ieders grote vreugde een zoon geboren: ik.

Annie en ik zijn op vakantie in Schotland. Wij zijn met de veerpont naar het Isle of Bute gevaren. Hier heeft mijn vader met zijn onderzeeboot in de baai gelegen, hier is mijn moeder met mij als baby bij hem op bezoek geweest.

In het Bute Museum in de hoofdstad Rothesay ontmoeten wij een stokoude wren, gepensioneerd lid van de Women’s Royal Navy Service, zoiets als een marva bij ons. Zij herinnerde zich de O10 en de Hollandse marinemensen nog. Mijn vader zou erbij kunnen zijn. Meevaren in de oorlog mochten zij niet, maar hun ondersteunende taken waren van vitaal belang en niet alleen administratief. Zij plaatsten torpedo’s in de onderzeeboten, gingen de zee op in open bootjes om zeemijnen de detecteren, een belangrijke en gevaarlijke klus.

‘Wat mogen wij niet missen, hier op het eiland?,’ vragen wij haar voordat wij weggaan met in gedachten een of ander reliek uit de oorlog.

‘Go and see the Victorian toilets, you’ll be flabbergasted.’