Mijn kleindochters hebben kinkhoest. De oudste moet zo hard hoesten, dat haar ribbenkast er pijn van doet. Hoe kan dat nou, vraag ik mij af, zij zijn toch ingeënt? Oorzaak: nieuwe stammen kinkhoestbacteriën waardoor de gevaccineerden een verminderde weerstand hebben.

Een paar jaar na de oorlog was mijn moeder bij de kruidenier ene Dorothy tegengekomen, een Engelse vrouw net als zij. Na twee dagen kwam Dorothy met haar twee hoestende kinderen op theevisite. Mijn moeder had haar willen wegsturen, maar wilde niet onbeleefd zijn. Na een week begonnen mijn zusje, een jaar en vier maanden oud en ik, net drie jaar, te hoesten. Kinkhoest. Mijn zusje zag blauw van benauwdheid en heeft het maar net overleefd. Een “actieve herinnering” heb ik er niet aan overgehouden.

Op mijn tiende jaar woonden wij in een gehorig flat op de derde verdieping. Wanneer er beneden werd aangebeld, hoorde ik in mijn slaap de buitendeur opengaan en bezoekers de trap oplopen. Ik begon te dromen. De HOESTHOEST kwam de trap op. Wie op de tafel sprong was veilig. Alle kinderen renden er naar toe, ik kon geen stap verzetten, mijn benen waren verlamd. De HOESTHOEST kwam dichter en dichter bij. Ik kon niet wegkomen. Badend in het zweet en benauwd hijgend werd ik wakker. Geen idee waar dat monster vandaan kwam.

In het Frankfurter Goethe-Haus sta ik voor het schilderij De Nachtmerrie van Johan Heinrich Füssli, 1741 – 1825. Füssli was stapelverliefd op de jonge knappe Anna Landtholt, nicht van een vriend van hem. Hij vraagt haar ten huwelijk, wordt afgewezen. Met De Nachtmerrie neemt hij wraak. Een vrouw, onmiskenbaar Anna, ligt half achterover languit gestrekt over de bedrand in een kwetsbare positie, op haar buik zit een incubus, een mannelijke demon, die gemeenschap heeft met vrouwen in hun slaap waarna zij heksen, demonen en mismaakte kinderen baren. Mijn blik echter wordt onweerstaanbaar getrokken naar het spookachtige paardenhoofd met wapperende manen en uitpuilende ogen.  Mijn handen voelen klam, mijn adem stokt. Vanuit mijn onbewuste welt een lang vergeten herinnering op: de HOESTHOEST.