Je zou het bijna vergeten door alle heisa over de coronamaatregelen, maar er is ook nog een kabinetsformatie bezig. Een paar dagen terug lieten de informateurs Johan Remkes en Wouter Koolmees zich gematigd optimistisch uit over het verloop ervan. Ze verwachten – als je althans goed tussen de regels doorleest – dat over enkele weken het grote knopen doorhakken kan beginnen.

Ook andere signalen wijzen daarop. Er wordt namelijk al het een en ander gelekt. Zo stond van de week in de Volkskrant dat de onderhandelaars van VVD, D66, CDA en ChristenUnie spreken over de bouw van kerncentrales. Ook een forse reductie van de veestapel schijnt op tafel te liggen. Kortom: het gaat, tergend langzaam weliswaar, de goede kant op. Het begint erop te lijken dat de bewindslieden van Rutte IV mogelijk dit jaar nog het bordes kunnen beklimmen.

Wat wordt dat eigenlijk voor een kabinet? De voorgeschiedenis doet het ergste vrezen. D66 wilde helemaal niet met de ChristenUnie regeren en de ChristenUnie wilde niet onder Rutte dienen. Zelfs CDA-leider Wopke Hoekstra hield de eerste weken de kaarten angstvallig tegen de borst, al zal dat wel spel geweest zijn.

De bezwaren van D66 en ChristenUnie waren daarentegen heel serieus. Hoogstwaarschijnlijk zou D66-leider Sigrid Kaag zelfs vandaag nog het liefst de christelijke mannenbroeders inruilen voor PvdA en GroenLinks. Alleen omdat het niet anders kon heeft ze de orthodoxen nu geaccepteerd. Afgelopen zomer vergeleek ze de ChristenUnie met een ‘roestige auto’. Niets wijst erop dat ze dat niet nog steeds vindt. Ze is alleen overstag gegaan omdat er anders verkiezingen zouden volgen. En daarop zit het in de polls flink gezakte D66 natuurlijk niet te wachten.

Ook de bezwaren tegen Rutte – zowel bij de ChristenUnie als bij D66 – staan nog recht overeind. De VVD-leider heeft de afgelopen jaren wel erg vaak last gehad van geheugenverlies, en steeds als de waarheid vertellen hem niet zo goed uitkwam. Echt betrouwbaar komt hij op niemand over, behalve dan op de meest verstokte van zijn VVD-vriendjes. Dat Kaag en haar ChristenUnie-kompaan Gert-Jan Segers toch maar akkoord gaan met Rutte als premier heeft vooral te maken met gebrek aan alternatieven. De VVD weigert zonder Rutte in een kabinet te stappen, wat op zich haar goed recht is. En het CDA begint hoe langer hoe meer op een mini-VVD te lijken. De christendemocraten gedragen zich als het braaf wispelende schoothondje van hun Grote Broer.

Rutte IV staat dus bijna in de startblokken. Het is al vaker gezegd: de kans dat dat kabinet zijn termijn gaat afmaken is klein. Minstens twee van de vier partijen doen alleen mee omdat er niks anders opzit. Van zo’n regering valt weinig heil te verwachten. Wel veel ruzie.