Ik zit hier in mijn tuintje met een kopje koffie. Vlak naast me is een hommel neergestreken. Hij heeft een bruin bontjasje aan, wat ik nogal overdreven vind zo midden in de zomer. Het bontjasje zit onder het stuifmeel.

Digifotostarter.nl

En dan gebeurt er iets geks. De hommel begint met zijn voorpoten met krachtige bewegingen de stuifmeelkorrels uit zijn bontjasje te kammen. Daarbij komen de korrels in zijn facetogen. Terwijl hij de korrels uit zijn ogen wrijft, hoor ik hem bozig brommen.
Ik kom heel dichtbij, om te weten wat hij zegt.
‘Tering, wat een klere zooi. Mijn hele bontjas naar de klote. Waarom ben ik een hommel? Een kloothommel?’
Nadat hij zich helemaal schoon gepoetst heeft, vliegt hij weg.
Ik dacht zelfs dat hij een knipoog gaf, maar dat weet ik niet zeker.