Honderdduizenden Duitsers gingen het afgelopen weekend de straat op ‘om de democratie te verdedigen’. Ze maken zich zorgen over de onstuitbaar lijkende opmars van de extremistische Alternative für Deutschland (AfD). In München was de toeloop zo groot, ruim 100.000 mensen, dat de demonstratie moest worden afgebroken. Ook in andere steden ging men massaal op de bres voor de democratie, al was de strijdbaarheid in het westen van het land veel groter dan in het oosten.
Die honderdduizenden zonden een oproep uit dat sinds het einde van de oorlog en de nazi-tijd als een collectieve vermaning boven Duitsland hangt. ‘Wehret den Anfängen’, smoor in het in de kiem.
De aanleiding voor de demonstraties waren onthullingen over een bijeenkomst van AfD-ers met nog extremere types in Postdam in november vorig jaar. Daar werden plannen gesmeed om Duitsland weer uitsluitend Duits voor de Duitsers te maken. Hoog op de agenda stond het ‘wegsturen’, deporteren, van landgenoten met een dubbele nationaliteit. Turkse Duitsers bijvoorbeeld zouden hun koffers moeten pakken. Komt bekend voor, niet waar?
Veel Duitsers zien het verloop van 2024 met zweet in de handen tegenmoet. Het zou wel eens een ‘Schicksaljahr’ kunnen worden, met mogelijk onbeheersbare politieke ontwikkelingen en gebeurtenissen. Zwartgalligheid zit in het nationale dna, relativeren minder sombere waarnemers, maar er is inderdaad reden tot op zijn minst bezorgdheid.
Dit jaar staan er vier belangrijke verkiezingen op de rol. In juni kiezen de Duitsers net als andere EU-burgers een nieuw Europees parlement. Die verkiezingen zelf interesseren de meeste kiezers geen bal, maar ze worden soms een referendum over de nationale politiek. De gevestigde partijen en vooral die van de regeringscoalitie, de sociaal-democratische SPD, de Groenen en de liberale FDP, vrezen een afstraffing. Nooit eerder heeft een regering zo slecht gescoord in de peilingen en was het vertrouwen in een Bondskanselier, Olaf Scholz (SPD), zo laag.
De Euro-verkiezingen zouden nog maar het voorspel kunnen blijken van het werkelijke drama. Dat vindt in de herfst plaats als de kiezers in drie oostelijke deelstaten hun kruisje gaan zetten. In Brandenburg, Saksen en Thüringen dreigt de AfD volgens de laatste polls met afstand de grootste, groter zelfs dan de drie coalitiepartijen samen. In Saksen, ooit een bolwerk, zou de SPD zelfs onder de kiesdrempel van 5 procent blijven. De voormalige partijleider Sigmar Gabriel vindt de zaak kennelijk zo hopeloos dat hij geen campagne gaat voeren voor zijn eigen partij. Hij steunt de zittende minister-president, – elke deelstaat heeft een eigen regering -, van de conservatieve CDU.
Vooral in Thüringen dreigt het schrikbeeld wekelijkheid te worden. De AfD gaat daar aan kop met 37 procent, de eerst volgende partij, de CDU, staat op 20 procent. En de AfD-leider is van de meest rabiate soort. Van de rechter mag je Björn Höcke een ‘fascist’ noemen. (Verschillende afdelingen van de AfD worden trouwens in de gaten gehouden door de veiligheidsdienst). En Höcke zou wel eens aanspraak kunnen maken op het premierschap. In Berlijn hebben ze nu al nachtmerries.
Net als bij ons in de polder met de PVV weet men eigenlijk niet wat je tegen de AfD moet doen. Daarbij zij aangetekend dat de PVV veel minder radicaal is dan de AfD. Niettemin, de mantra’s klinken hetzelfde. De PVV- en AfD-kiezers zijn niet allemaal xenofoben, moslimhaters, en verkapte fascisten. De gevestigde partijen moeten hun zorgen serieus nemen. Wat ze niet moeten doen is de AfD- of PVV-standpunten overnemen, zoals bij migratie en asiel, want het origineel is altijd beter dan de steevast fletsere kopie. Bij de aanbevelingen zitten ook altijd het uitsluiten van regeringsdeelname (cordon sanitaire) en competent besturen (problemen oplossen). Dat zijn rationele voorstellen die voorbijgaan aan het feit dat de kiezers van die partijen vooral de onderbuik laten spreken.
Sinds de bijeenkomt in Postdam wordt de roep om een verbod van de AfD steeds luider. Dat kon je ook horen bij de demonstraties van het afgelopen weekend. Juristen zien grote obstakels voor zo’n verbod. De AFD moet in haar geheel, dus niet alleen een paar afdelingen zoals in Thüringen, een gevaar vormen voor de democratische rechtsorde. Dat zou moeilijk te bewijzen zijn. Bovendien zou de procedure bij het Constitutioneel Hof zich jaren kunnen voortslepen, wat de AfD de kans biedt het slachtoffer en de martelaar uit te hangen. Hier en daar wordt gesuggereerd om iemand als Höcke zijn burgerrechten te ontnemen, zodat hij geen politieke bestuursfunctie zou kunnen bekleden. Dat zou juridisch meer kans van slagen hebben, maar het blijft een paardenmiddel. Politieke conflicten moet je met politieke middelen uitvechten.
Dat die honderdduizenden de straat op zijn gegaan, kan volgens sommige waarnemers een onbedoeld neveneffect hebben. Het risico van een solidariseringsgolf met de AfD valt niet uit te sluiten. Kiezers die de gevestigde politiek met argwaan volgen maar nog geen partij hebben gekozen, zouden kunnen gaan sympathiseren met de AfD. De gevolgen kun je uittekenen: verdere radicalisering en polarisering en nog meer vertwijfeling bij de gevestigde partijen.
Hoe herstel je in zo’n situatie het geknakte vertrouwen en ‘houd je de boel bij elkaar’?
Politieke leiders die dat kunnen zijn momenteel in geen velden of wegen te bekennen. Kanselier Scholz maakt een radeloze indruk en voor Friedrich Merz, de leider van de grootste oppositiepartij CDU, lopen de kiezers evenmin warm. Wie weet valt het mee en vinden de ontevreden kiezers de AfD net een brug te ver. Maar hoe dan ook wordt 2024 inderdaad een Schicksaljahr voor het belangrijkste land van de EU.
Geef een reactie