Komende week is het twintig jaar geleden dat Pim Fortuyn werd vermoord. Voor kranten en tv-programma’s aanleiding om uitgebreid terug te blikken. Teneur van deze items: dankzij Fortuyn werd alles anders in politiek Den Haag.
Dat laatste is zeker waar. De komst van Fortuyn zette de politieke verhoudingen op hun kop. Tot begin deze eeuw was het Binnenhof het terrein van drie bewegingen: het liberalisme, de sociaaldemocratie en de christendemocratie. Dankzij Fortuyn kwam daar een ideologie bij, die zelfs de rest begon te overschaduwen: het populisme.
Want Fortuyn is dan wel in 2002 door een gek doodgeschoten, zijn naam zal voor altijd verbonden blijven aan wat hij toen in gang zette. Hij vertegenwoordigde de Wil van het Volk. Of zei dat althans te vertegenwoordigen. En een niet onbelangrijk deel van zijn Volgelingen stonden wenend langs de straten tijdens zijn begrafenis.
Fortuyn heeft zonder meer school gemaakt. Of dat een school is waarop je trots dient te zijn is een andere vraag. Zijn belangrijkste adepten zijn Geert Wilders en Thierry Baudet. Twee warhoofden, die vooral bekendheid hebben verworven door hun grote waffel. Of het Volk veel aan hen te danken heeft gehad kun je sterk betwijfelen. Meer dan een giftig mengsel van vreemdelingenhaat en complottheorieën hebben ze de natie vooralsnog niet geschonken.
Ontlenen ze hun hele gedachtegoed – voor zover je daarvan kunt spreken – aan Fortuyn? Complottheorieën in de Baudetiaanse zin zie ik bij de Oervader van het Populisme niet zo snel. Wel vreemdelingenhaat. Vooral moslimhaat. Fortuyn raakte in brede kring bekend doordat hij de islam een ‘achterlijke cultuur’ noemde. Volgens mij heb je met deze woorden de kern van het wereldbeeld van Wilders wel te pakken.
Baudet gaat nog aanzienlijk verder. Hij heeft niet alleen een afkeer van moslims, maar van iedereen wiens huidskleur niet lelieblank is. Hij waarschuwt voor The Great Reset die onder leiding van booswichten als George Soros op het punt staat verwezenlijkt te worden. Baudet gelooft bovendien dat de Amerikaanse ex-president Donald Trump terecht klaagt over verkiezingsfraude en dat de Russische leider Vladimir Poetin een grote held is, wiens troepen op milde wijze Oekraïne zijn binnengevallen. Enzovoort.
Van dergelijke wilde ideeën onthield Fortuyn zich, al was er twintig jaar geleden natuurlijk geen sprake van een coronapandemie of van een Russische inval in een buurland. Niettemin zou Fortuyn zich misschien eerder hebben ontwikkeld tot een soort Baudet dan tot een Wilders avant la lettre. De laatste is toch wat platvloerser dan de vroegere hoogleraar of de tegenwoordige doctor in de rechten. Of misschien is Wilders, die over aanzienlijk meer Kamerzetels beschikt, wel gewoon een betere politicus dan Baudet.
Of Fortuyn een goede politicus geweest zou zijn zullen we nooit weten. Al heb ik zo mijn vermoedens.
Geef een reactie