Ik was 17 en keek met mijn vader naar een programma over de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Die waren zenuwslopend spannend. De zittende president, de Democraat Lyndon B. Johnson, had zich eerder niet herkiesbaar gesteld. De rampzalige oorlog in Vietnam had zijn partij en de bevolking tot op het bot verdeeld. De leider van de zwarte burgerrechtenbeweging, dominee Martin Luther King, was vermoord. Een gestoorde Palestijn schoot twee maanden later de Democratische presidentskandidaat, Robert Kennedy, de broer van de vijf jaar eerder vermoorde president John F. Kennedy, dood. Het land leek te wankelen op de rand van een burgeroorlog en de wereld hield de adem in.

Tijdens dat programma zei een van de deelnemers dat de burgers van de Vrije Wereld, – zo heette dat toen -, ‘eigenlijk mee zouden moeten stemmen’. Want er stond ook voor ons veel op het spel. De belangrijkste steunpilaar van dat Vrije Westen, – zo werd het ook genoemd -, mocht niet in chaos vervallen. Mij leek het niet zo’n gek idee, maar mijn vader schudde het hoofd en bromde: ‘onzin’. Verkiezingen waren een nationale aangelegenheid en stel je voor dat de Amerikanen zich met onze verkiezingen zouden bemoeien. Het land zou terecht te klein zijn.

Dat was in 1968. Nu, 56 jaar later, zag ik op de Duitse tv een opmerking in ongeveer dezelfde trant langskomen. Net als destijds mijn vader, schudden de andere deelnemers aan de talkshow het hoofd. Het was aan de Amerikanen, en aan niemand anders, om hun president te kiezen.

Nu staat er misschien nog meer op het spel dan toen. In 1968 vochten de Democraten elkaar tijdens hun conventie letterlijk de tent uit en werd de Republikein Richard Nixon president. Hij moest later aftreden wegens het Watergate-schandaal maar bleek achteraf geen slechte president. Nixon maakte o.m. een einde aan de oorlog in Vietnam.

Nu Joe Biden zich heeft teruggetrokken als presidentskandidaat moeten de Democraten een herhaling van 1968 voorkomen. Zo heftig als toen zal het niet worden, want de les is helder. Geen interne vetes uitvechten en zich zo snel mogelijk achter een kandidaat scharen. Omdat nog een termijn Donald Trump tig keer erger is dan Richard Nixon. Ook voor de bondgenoten in Europa en de rest van de wereld.

Meekiezen mogen we niet en daarom kunnen we hooguit hopen op de voor ons beste kandidaat. En dat is vicepresident Kamala Harris.

Er is veel dat tegen Harris pleit. Op eigen kracht redde ze het niet als kandidaat voor de presidentsverkiezingen van 2020. Biden moest haar als vicepresident accepteren als deel van een deal met de zwarte en linkervleugel van de partij. Met Harris, een vrouw, bovendien ‘van kleur’ met een ‘migratieachtergrond’, kon Biden, blank en man van het midden, ook die kiezers bereiken. De selectie vond dus niet plaats op grond van haar kwaliteiten. En de twijfels over die kwaliteiten bleven niet lang verborgen. Het zou een van de redenen zijn geweest waarom Biden terugkwam op zijn belofte niet aan te treden voor een tweede termijn. Harris kon het niet. Ze zou geen partij zijn voor Trump.

Om die reden willen sommige Democraten geen ‘kroning’ van Harris maar een verkiezingsstrijd met andere, mogelijk betere kandidaten. Als Harris die verkiezing wint, is ze de ’terechte’ kandidaat, niet bij gebrek aan beter. Daar valt veel voor te zeggen, maar er zijn een paar bezwaren. Als vicepresident is Harris de aangewezen opvolger. Het is kort dag en een verkiezingsstrijd zou de verdeeldheid kunnen aanwakkeren. De vaak genoemde presidentskandidaten staan om hen moverende redenen (nog) niet te popelen. De linkervleugel zou een nederlaag van Harris moeilijk kunnen verkroppen. De honderden miljoenen uit de verkiezingskas van Biden kunnen moeiteloos worden overgeschreven naar Harris en niet naar een andere kandidaat.

Dat is als aanbeveling aan de magere kant, maar door de koppigheid van Biden en zijn directe omgeving is teveel tijd verloren voor een betere procedure.

En wat kan Harris zelf in de strijd werpen?

Een van de belangrijkste thema’s is het recht op abortus dat door een uitspraak van het Hooggerechtshof is ingeperkt. Trump zit met die uitspraak in zijn maag en Harris kan hem daarop aanpakken en ‘zwevende’ vrouwelijke kiezers mobiliseren. Bovendien is ze 20 jaar jonger dan Trump, voorzover bekend gezond en in elk geval vitaler. Als voormalige advocate en officier van justitie bleek ze een scherp debater, een groot voordeel tegenover de vaak raaskallende Trump. En je mag aannemen dat haar staf op tijd is begonnen haar klaar te stomen, want dat Biden te zwak was, kon men verborgen houden voor de buitenwereld, maar moet intern al vroeg duidelijk zijn geweest.

De gewenste, laat staan ideale kandidaat is Harris zeker niet. Of ze over de eigenschappen beschikt om een verdeelde partij te verenigen en bij elkaar te houden, weet niemand. Veel zal afhangen van wie ze als ‘running mate’, als kandidaat vicepresident kiest. Kan ze inmiddels campagne voeren? Tijdens de campagne van vier jaar geleden viel ze genadeloos door de mand. Kan ze winnen van Trump? Volgens de peilingen is ze ongeveer net zo impopulair als Biden. Maar volgens andere peilingen zou ze meer kans maken dan Biden.

Er zijn zoveel onzekerheden en er kan in drie maanden zoveel gebeuren dat je gek moet zijn of over bovenmenselijke gaven beschikt om je aan een voorspelling te wagen. Voor het Vrije Westen is het hoe dan ook beter dat Harris wint. Maar ja, wij mogen niet mee doen. Alleen maar duimen.