De VVD afficheert zich graag als een liberale partij. Dat is ze ook, ten dele. Er is een vleugel die de liberale grondwaarden, vrijheid, menselijke waardigheid en gelijkwaardigheid, hoog houdt. Sinds de deelname aan PVV I zien die liberalen dat die waarden worden bedreigd. En ze hebben ook het antwoord: terugkeer, zo snel mogelijk, naar de liberale wortels.

Dat is een bewonderenswaardige opstelling. In een tijd waarin het populisme op de deur bonkt, moet de VVD de liberale rug recht houden. De deur niet openzetten, maar barricaderen. Geen louche deals met Geert Wilders en trawanten. De toekomst van het liberalisme, niets meer of minder, in de polder staat op het spel. (Je kan natuurlijk altijd overstappen op D66, maar dat blijkt meestal geen redelijk alternatief.)

Ik vrees dat het een achterhoedegevecht is. De VVD heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot een centrum-rechtse volkspartij. Die liberale waarden worden in ere gehouden, ze behoren tot het erfgoed, maar de toekomst als volkspartij ligt op rechts. Ook voor liberale diehards is dat een onafwendbare werkelijkheid. En dan nog, misschien komt dit kleur bekennen te laat. Want er is geen enkele reden om te veronderstellen dat de VVD kan ontsnappen aan het lot van de PvdA en CDA die verdwijnen, PvdA, of uit het diepste dal proberen op te krabbelen, CDA.

Behalve om ideologie en programma gaat het in de politiek om macht en functie. Elke grote(ere) partij heeft een functie in het krachtenveld. De PvdA schermde de linkerflank af. Het CDA nam het confessionele midden voor zijn rekening. En de VVD posteerde zich op rechts. Die taakbeschrijving geldt niet meer. De PvdA heeft zich laten opslokken door GroenLinks, een bubbelpartij voor de hoger opgeleiden. Het CDA verloor zijn functie door de secularisering en werd een splinter. En de VVD?

De VVD heeft dankzij de beste politicus van zijn generatie goede tijden beleefd. Dankzij Mark Rutte kon de VVD zich 14 jaar in het centrum van de macht vestigen. Dat had een prijs. Als je 14 jaar regeert, sluit je 14 jaar compromissen. En als die compromissen steeds moeizamer worden en de eigen wijn teveel verdunnen, verwatert onherroepelijk je profiel. Als minister-president moest Rutte steeds vaker zijn VVD-pet afzetten om de pet van premier van alle Nederlanders op te zetten.

Je kon dat verlies aan profiel aflezen aan de verkiezingsresultaten, die verkiezing na verkiezing steeds minder werden. Dat werd gecompenseerd doordat de partij de grootste bleef. Maar er moest een keer komen dat de afkalving te groot werd. Dat moment brak aan november vorig jaar, toen de VVD  zonder Rutte zijn dominante positie verloor. Wilders kreeg  met zijn PVV de sleutel van het Torentje in handen. Dat hij daar van de coalitiepartners niet in mocht, verandert niets aan de machtsverhoudingen. Dick Schoof, geen politicus en zonder partij, liet zich benoemen tot zetbaas.

In een land met een wildgroei aan getuigenispartijtjes wil men nog wel eens uit het oog verliezen, dat machtsverlies het slechtste is dat een partij kan overkomen. Machtsverlies is, als het eenmaal op gang is, meestal moeilijk te stoppen. Dat proces wordt bemoeilijkt omdat het je voor lastig oplosbare dilemma’s stelt. Kies je voor de oppositie, voor de onvermijdelijke herbezinning, herijking of hoe het verder mag heten, dan verlies je elke greep op de macht. Kies je voor regeringsdeelname als kleinere partner, loop je het risico dat je teveel moet inleveren. Met Dilan Yesilgöz koos de partij voor de tweede optie. En je kan moeilijk volhouden dat dit een gelukkige keus is gebleken.

Was de eerste optie beter geweest? Afgezien van kleinigheden als de bestuurbaarheid van het land en de onmogelijkheid van een andere coalitie valt dat moeilijk te zeggen. Bezorgde burgers willen nog wel eens wijzen op een coalitie met GroenLinks/PvdA, D66, NSC en wie daar verder nog zou willen aanschuiven. Zelfs al zou zo’n monstercoalitie van de grond zijn gekomen en een meerderheid hebben, – beide hoogst twijfelachtig -,  had dat voor de VVD  kunnen uitlopen op een doodvonnis. Ik heb er geen onderzoek naar gedaan, maar dat is niet nodig. De gemiddelde VVD-stemmer gruwt van GroenLinks. Je kan het aan Wilders overlaten om zo’n gratis prachtcadeau uit te pakken.

Het zal uiteindelijk neerkomen op een derde optie, herbezinning tijdens het regeren. Voor de liberale vleugel komt dat neer op de terugkeer naar de kernwaarden. Desnoods met verlies van zetels en macht. Mij lijkt het niet verstandig die weg in te slaan. Hoofdzaak nu is het aanscherpen van het centrumrechtse, zo u wil, licht populistische profiel, ook om de rol als bewaker van de rechterflank te versterken. Dat is slikken voor liefhebbers van de zuivere leer, maar het gaat om het voortbestaan van de VVD als machtspartij.

Visie is niet het moois dat vooral links er van maakt. Visie is heel prozaïsch keuzes maken, prioriteiten stellen waarbij haalbaarheid, uitvoerbaarheid en draagvlak voorop staan. Voor de VVD als rechtse volkspartij betekent dat kiezen voor law&order, meer geld voor defensie, streng migratiebeleid, meer ruimte voor het bedrijfsleven, vooral het midden- en kleinbedrijf en geen overhaast klimaatbeleid. En mogelijk een andere leider.

Dan kan het de ‘gezond-verstand-partij’ worden, waarin die fameuze ‘hardwerkende Nederlander’ zicht herkent. In die partij blijft plaats voor de ware liberaal, maar hij zal moeten inschikken. Voor de VVD is het waarschijnlijk de enige overlevingskans. Het zal moeilijk worden, maar wie het eenvoudig wil, moet niet in de politiek gaan.