In deel 1 van dit tweeluik schreef ik, dat er een waterscheiding is tussen de denkwereld van Richard Dawkins en die van Lynn Margulis. Dawkins is een neodarwinist, die zegt dat nieuwe soorten ontstaan door natuurlijke selectie. Margulis is een symbiogenist: nieuwe soorten ontstaan door samengaan van soorten. Dawkins heeft het over zelfzuchtige genen die elkaar beconcurreren. Lynn Margulis heeft het over genen die elkaar opzoeken, die samenwerken en die daardoor als geheel overleven.
Misdadig neodarwinisme
Richard Dawkins mag dan nog wel geneigd zijn de symbiogenese van Margulis te accepteren, Lynn Margulis wijst het neodarwinisme eenvoudigweg af. Vanwaar die extreme stellingname?
Margulis beschouwt het neodarwinisme als mannelijk. Dat is het antropoceen waarin we nu leven, waarin we de natuur uitmelken en dat leidt tot vernietiging. Haar symbioceen is echter vrouwelijk, dat is samenwerking en daarmee kunnen we de natuur behouden. Het is het competitieve van de Verenigde Staten versus het coöperatieve van de Sowjet Unie, zegt ze.
Jop de Vrieze schrijft daarover in een uitstekend artikel in de Groene Amsterdammer van 14 augustus 2024:
“Die energie en bevlogenheid van Margulis hebben niet alleen een karakterologische oorsprong. Vanuit haar joodse achtergrond is ze zich zeer bewust van de link tussen het neodarwinistische gedachtegoed en de voor de oorlog in wetenschappelijke kringen immens populaire ‘eugenetica’ die de nazi’s op gruwelijke wijze in de praktijk brachten.”
En even verderop haalt hij Noble aan, degene die in 2009 het debat tussen Dawkins en Margulis leidde. Die zegt:
‘Lynn zag het neodarwinisme bijna als misdadig. Zij hekelde terecht dat evolutiebiologen elke verantwoordelijkheid voor de gruwelijkheden van de hand wezen.’
Huxley
Het was Francis Galton, de neef van Darwin, die in de 19e eeuw het sociaal darwinisme uitdroeg. Dat is de stroming die het concept van natuurlijke selectie toepast op de menselijke samenleving. Hij is ook degene die de aanzet heeft gegeven tot de eugenetica. Dat zijn de praktijken die zouden moeten leiden tot de genetische verbetering van de mens. Darwin zelf heeft zich daar niet mee bezig gehouden.
Ouwe koeien? Geenszins. Jop de Vrieze:
“Ook na 1945 is het denken over evolutie nog niet vrij van dergelijke denkbeelden, ze worden vooral anders verwoord. De grondlegger van het neodarwinisme, Julian Huxley, prijst tot in de jaren zestig zelfs de eugenetica.”
Julian Huxley! Sir Julian Huxley! De grondlegger van het neodarwinisme! Kleinzoon van de nog beroemdere Thomas Huxley, degene die destijds Darwins evolutietheorie verdedigde. En die prijst de eugenetica aan?
Maar het is waar. Op 6 juni 1962 zegt Huxley in zijn Galton-lezing over de mogelijke verbetering van de mens:
“To effect this, he must first of all check the processes making for genetic deterioration. This means reducing man-made radiation to a minimum, discouraging genetically defective or inferior types from breeding, reducing human over-multiplication in general and the high differential fertility of various regions, nations and classes in particular. Then he can proceed to the much more important task of positive improvement.”
Maar diezelfde Huxley onderschrijft de UNESCO Statements on Race van 1950: “The biological fact of race and the myth of ‘race’ should be distinguished. For all practical social purposes ‘race’ is not so much a biological phenomenon as a social myth. The myth ‘race’ has created an enormous amount of human and social damage.”
Het is logisch dat Lynn Margulis zich stoort aan Julian Huxley en zijn neodarwinistische kompanen, die destijds de eugenetica aanhingen. Huxley was van 1959 tot 1962 zelfs president van de British Eugenetic Society die leden telden als Winston Churchill en Neville Chamberlain.
Aan de andere kant is het niet logisch dat Margulis dan ook maar het hele neodarwinsime naar de prullenbak verwijst. Sociaal darwinisme en eugenetica zijn uitwassen van de samenleving, maar daarmee toon je niet aan, dat het neodarwinisme onjuist is. Overgewicht is een toenemend probleem onder de Nederlandse jeugd. Maar liefst 19 % van de jongeren tussen 2 en 17 jaar heeft overgewicht. Maar daarmee zijn de zwaartekrachtwetten van Newton nog geen onzin.
En kleven aan het symbiogenisme van Margulis niet dezelfde bezwaren, waarmee ze de neodarwinisten om de oren slaat?
Lysenko
In De Goelag Archipel beschrijft Solzjenitsyn zijn ontmoeting met de bioloog Nikolaj Timofeev-Ressovsky. Beiden zitten gevangen in de Goelag. Nu zat in die tijd behalve Stalin iedereen in de gevangenis. Maar een bioloog… Van biologen verwacht je glimmende ogen als je begint over het territoriumgedrag van de geelborstkapucijnaap en doffe als je naar hun mening vraagt over de illiberale democratie van Hongarije.
Het probleem was, dat Ressovky een normale bioloog was. Dat wil zeggen een bioloog die uitging van de heersende biologie. En dus van het neodarwinisme. Hij was geneticus. Niet zo maar een, maar een alom gerespecteerde wetenschapper. Solzjenitsyn was diep onder de indruk van hem. Zelfs Nobelprijswinnaar Erwin Schrödinger bewondert hem in Wat is life?, een van de grote klassieke werken van de wetenschap.
Alom gerespecteerd dus die Ressovsky. Maar niet in de Sowjet Unie. Want daar zat bioloog Trofim Lysenko boven op de apenrots. Lysenko was een Lamarckist. Dat wil zeggen: hij ging ervan uit, dat eigenschappen die tijdens het leven verworven worden, erfelijk worden. Volgens de neodarwinisten kan dat niet. Het zou namelijk betekenen dat iemand die tijdens zijn leven een been verliest, kinderen met één been krijgt.
Maar in de Sowjet Unie kon dat wel. Dat paste beter bij het marxisme dan het neodarwinisme met zijn natuurlijke selectie. Lysenko ontkende het bestaan van genen zelfs. Alleen de omgeving is van belang, zei hij. Stop planten en dieren in de juiste omgeving en ze krijgen de eigenschappen die je wil hebben.
Ressovsky was niet de enige bioloog die door toedoen van Lysenko in de gevangenis belandde. Meer dan 3000 Sovjetbiologen ondergingen hetzelfde lot. En dat was niet het enige probleem. Volgens Lysenko zouden planten van dezelfde “klasse” nooit met elkaar concurreren. Daarom werden de boeren gedwongen hun gewassen zo dicht mogelijk tegen elkaar aan te planten.
Iedere bezitter van een volkstuintje weet, dat je je spruitjes niet te dicht tegen elkaar moet planten. Nergens namelijk in de natuur is de concurrentie zo groot als tussen soortgenoten. Eenvoudigweg omdat ze dezelfde behoeftes hebben.
Het gevolg was dan ook, dat de oogsten in de Sowjet Unie mislukten. Toen Mao Zedong hetzelfde procedé toepaste in China, leidde dat tot 15 – 55 miljoen doden.
Geen strijd dus tussen soortgenoten volgens Lysenko. Maar dan wel samenwerking tussen verschillende soorten? Jazeker! Als je een ent op een onderstam plant, beweert Lysenko, dan krijgt die onderstam na verloop van tijd dezelfde eigenschappen als de ent. Niet dat iemand dat ooit gezien had, maar het paste wel mooi bij het marxisme. Samenwerking. Het coöperatieve van de Sovjet Unie, waar Lynn Margulis zo van gecharmeerd was.
Julian Huxley schrijft over de ideeën van Lysenko: “… it is less a branch of science comprising a basis of facts, than a branch of ideology, a doctrine which it is sought to impose upon facts”
Samenwerken
Zowel bij het neodarwinisme als het lysenkoïsme is de wetenschap misbruikt ten behoeve van een ideologie. In beide gevallen heeft de mens in zijn arrogantie zijn politieke ideeën willen opleggen aan de natuur. In beide gevallen heeft dat geleid tot misstanden in de samenleving, met tientallen miljoenen doden tot gevolg.
De endosymbionttheorie van Lynn Margulis staat tegenwoordig volop in de belangstelling. In de natuur is alles met elkaar vervlochten, zegt ze. Daarom moeten we samenwerken met die natuur en haar niet uitbuiten. Dat is een sympathieke gedachte. Maar laat niemand het in zijn hoofd halen het te gebruiken voor een ideologie.
Meer weten?
Het artikel van Jop de Vrieze in de groene Amsterdammer: https://www.groene.nl/artikel/van-antropoceen-naar-symbioceen
De Galton-lezing van Julian Huxley in 1962: https://link.springer.com/chapter/10.1007/978-1-349-09958-0_14
De UNESCO statements on race van 1950, mede opgesteld door Julian Huxley: https://unesdoc.unesco.org/ark:/48223/pf0000128291
Julian Huxley over de ideeën van Lysenko: https://archive.org/details/sovietgeneticswo0000huxl/page/n9/mode/2up
12 november 2024 op 23:17
Dit terwijl Marx en Engels zeer geïnspireerd waren door Darwin. Das Kapital moest de Origin of Species worden die de economie verklaarde. Darwin kreeg een kopie cadeau maar wist zich er geen raad mee. Een goede Marxist weet dat dialectisch determinisme ontwikkelingen verklaart: twee zaken strijden of conflicteren met elkaar en daar komt dat een nieuwe status uit (door volledige overwinning van 1 vd 2 of een nieuwe balans tussen de twee zaken). Dat is dus zowel strijd (overleven van de sterkste) als samenwerken. Net zoals mens en dier, soms is dat een strijd op de dood en soms is dat samenwerken of zelfs je eigen leven in de waagschaal gooien voor een ander.
13 november 2024 op 21:00
Rob, bedankt voor deze waardevolle aanvulling. Darwin wist zich inderdaad geen raad met Das Kapital, dat Marx hem had toegestuurd. Dat kwam in de eerste plaats, omdat Darwin geen Duits las. En misschien interesseerde het hem ook niet. Hij heeft het in ieder geval niet gelezen.
Ik denk niet dat Marx de theorie van Darwin goed begrepen heeft. Marx hing eerder de generatio spontanea aan van Aristoteles en de catastrofenleer van Cuvier. Het idee dat Darwin zijn theorie mede baseerde op Malthus stond hem beslist niet aan.
Dan blijft de vraag waarom Marx dan toch Darwin zo hoog had zitten, dat hij hem zelfs een exemplaar van Das Kapital toestuurde. Wilde hij daar in Engeland goede sier maken? Zodat zijn boek aandacht kreeg? Of was het omdat de evolutietheorie van Darwin niet doelgericht is en er geen God nodig is?
14 november 2024 op 22:41
Ik denk dat het neerkomt op respect hebben voor een wetenschapper, Darwin op het gebied van natuur en Marx en Engels op het gebied van economie. Ze zwaaide niet voor niets met het etiket “scientific communism”. Zo zei Engels in zij grafreden dat “Just as Darwin discovered the law of development of organic nature, so Marx discovered the law of development of human history”.
Maar inderdaad, hadden Marx en Engels ook zo hun bezwaren. In de biografie van Francis Wheen over Marx schrijft hij dat de heren in eerste instantie zeer enthousiast waren over The Origin of Species, maar dit in de jaren wel afnam: Darwin zijn theorie was wel toepassing op flora en fauna maar voor de menselijke maatschappij leidde dat naar “The Malthasusian fantasy that over-population was the motive force of political economy” (en daar moest Marx inderdaad niks van hebben).
Engels in een brief aan Lavrov: “Of the Darwinian doctrine I accept the theory of evolution , but Darwin’s method of proof (struggle for life, natural selection) I consider only a first, provisional, imperfect expression of a newly discovered fact….”.
En in zijn “Dialectics of Nature” : “Darwin did not know what a bitter satire he wrote on mankind, and especially on his countrymen, when he showed that free competition, the struggle for existence, which the economists celebrate as the highest historical achievement, is the normal state of the animal kingdom. Only conscious organisation of social production, in which production and distribution are carried on in a planned way, can lift mankind above the rest of the animal world as regards the social aspect”
Daarom hou ik het bij respect hebben voor een collega wetenschapper: Darwin wat betreft flora en fauna en Marx en Engels voor de economie/maatschappij. En de hoop dat Kapital ook zo goed zo gretig aftrek zou vinden natuurlijk.
16 november 2024 op 11:50
Rob, zeer bedankt weer voor deze fraai uiteenzetting. Je schrijft … “Darwin wat betreft flora en fauna en Marx en Engels voor de economie/maatschappij.” Dat sluit inderdaad aan bij wat Engels tijdens diens grafrede zei: “Just as Darwin discovered the law of development of organic nature, so Marx discovered the law of development of human history”.
Daarmee slaat hij de spijker op zijn kop. De wetten van de biologie en de wetten van de maatschappij staan los van elkaar, ook al zou ik in beide gevallen liever niet spreken van wetten. Het is ook wat ik in mijn twee artikelen betoog. Marx weigerde inderdaad de wetten van de natuur toe te passen op die van de maatschappij.
Prima, maar toch.
Nadat Marx de evolutietheorie van Darwin naar de prullenbak had verwezen, had hij zich verdiept in de theorie van Pierre Trémeaux. Die zei in zijn boek “Oorsprong van de mens en andere wezens’, dat natuur en maatschappij onder invloed staan van de evolutie van geologische overgangen. Toegepast op de mens: de aard van mensen is afhankelijk van de bodem, waarop ze leven. Beter dan Darwin, juichte Marx. Waarom? Omdat daaruit bleek dat mensen kneedbaar waren.
Engels vond het waanzin en heeft hem weer op het rechte spoor gekregen. Toch denk ik, dat Lysenko er wel door geïnspireerd was. Hij was die bioloog, die zei dat uitsluitend de bodem bepalend was voor de kenmerken van gewassen en niet de genetisch samenstelling. Plant een gewas in een bepaalde bodem en hij krijgt de eigenschappen die je wil hebben. Zijn ideeën leidden tot massale hongersnood.
Het is overigens opmerkelijk, dat Engels de voorkeur gaf aan Ernst Haeckel. Dat was ook een bioloog. Die was nog darwinistischer dan Darwin zelf. Haeckel stond aan de wieg van de eugenetica.