Sinterklaas is in het land en dit keer zonder noemenswaardige incidenten. En de andere sint zou deze week terugkeren. Pieter Omtzigt zou na een maandenlang ziekteverlof weer aan de slag gaan in Den Haag. En anders dan de goedheiligman kan de NSC-leider kan hij zijn borst natmaken. Zijn partij staat op instorten en daarmee PVV I.

Het lot van het NSC en Omtzigt is nauw verbonden met dat van de PVV en Geert Wilders. Zolang het duurt, zijn de partners bondgenoten. Dat is bij elk kabinet zo en dus ook bij dit gedrocht. Niet altijd door dik en dun, maar meningsverschillen, uiteenlopende belangen, sym- en antipathieën, zijn ondergeschikt aan de gemeenschappelijk zaak. Dit is alleen mogelijk wanneer de partners elkaar vertrouwen. Zonder dat vertrouwen kun je er beter niet aan beginnen. Zoals we bijna dagelijks kunnen zien met de farce die PVV I heet.

De belangrijkste personages in deze klucht zijn beide leiders, Wilders en Omtzigt. Ze liggen elkaar niet, vertrouwen elkaar niet en zijn niet in staat om over hun schaduw te stappen. De een, Wilders, wilde dit kabinet en de ander, Omtzigt, eigenlijk niet. Je kunt formeren tot je groen en geel ziet, verklaringen over de rechtsstaat en ander fraais opstellen, dit kan niet slagen. Je hebt een kleine kans als binnen het kabinet iemand in staat is de boel bij elkaar te houden. Dat lukte zelfs Mark Rutte niet bij dat andere kabinet van de tegenzin, Rutte IV. Dus dat mogen we zeker niet verwachten van Dick Schoof die zonder rugdekking van een partij moet opereren en dagelijks merkt dat zijn jaren als topambtenaar niet genoeg zijn voor het Torentje.

En nu krijgt hij er een probleem bij. Alleen de grootste NSC-optimist kan denken dat Omtzigt orde op zaken kan stellen. Het is op deze plek uitentreuren betoogd dat Omtzigt bij alle kwaliteiten geen leider is. Goed Kamerlid, dossiertijger, maar hij mist de mentale hardheid voor de frontlinie. Hij zat overspannen thuis, omdat de problemen bij de formatie hem boven het hoofd waren gegroeid. En wie zegt dat hij nu wel opgewassen is tegen de spanningen van het optrekken met Geert Wilders die hem om zijn achterban te plezieren regelmatig onder vuur neemt? ‘Friendly fire’ heet dat maar je er kan even goed door sneuvelen.

Zoals de PVV Wilders is, is het NSC Omtzigt. In het geval van Wilders weten we al jaren wat dat betekent. Wilders is hard, sluw en de grenzen van fatsoen en betamelijkheid gelden niet voor hem. De PVV is zijn instrument, de fractieleden en nu bewindslieden zijn boodschappenjongens (en -meisjes). Omtzigt zet meer in op ideeën, idealen en beginselen die hij zoveel mogelijk in de praktijk hoopt brengen en heeft daarnaast populistische trekjes. Maar terwijl Wilders in elk geval politiek uit een stuk is, is Omtzigt politiek een gespleten persoonlijkheid. Hij is een halfhartige populist en even halfhartig een traditionele politicus, wat je zijn CDA-kant zou kunnen noemen. Hij is de Faust van de polderpolitiek: zwei Seelen, ach, wohnen in meiner Brust. En, vooruit, ook de Hamlet: to be or not to be, that is the question. (Beide in zakformaat, natuurlijk.)

Dat zie je terug in zijn partij en vooral bij zijn kiezers. Het NSC is een half-half partij. Zonder een leider of leiders die op zijn minst naar buiten de schijn van eenheid weten op te houden. Terwijl Omtzigt op krachten probeerde te komen in Enschede, moest Nicolien van Vroonhoven de honneurs waarnemen. Dat is een ramp geworden. En dat Omtzigt het nu opeens wel zou kunnen, zie boven. Inmiddels houden de kiezers het in steeds grotere getale voor gezien. Bij de verkiezingen van een jaar geleden haalde het NSC 20 zetels, nu staat het in de peilingen op drie.

De stand in de polls is de enige reden dat de partij in de regering blijft. Wie een kabinetscrisis veroorzaakt, krijgt meestal de rekening; wie breekt, betaalt. Voor het NSC zou dat hoogstwaarschijnlijk het einde betekenen. En voor Omtzigt zelf een tragedie en een trauma, waarvan je moet hopen dat hij die te bovenkomt.

Doorklooien is nu klaarblijkelijk het parool en daarom liet de partij staatssecretaris Nora Achahbar (toeslagen) als een ouderwetse machtspartij vallen. De precieze achtergronden van haar vertrek zijn nog steeds onduidelijk. Afkeer van de polariserende sfeer in het kabinet, zoals ze zelf zegt? Druk vanuit de moslimgemeenschap? Slecht functioneren op haar departement? We zullen het misschien ooit weten. Wat blijft is de indruk dat de partijtop haar bij alle krokodillentranen geen crisis waard vond. (As je na je vertrek door de oppositie wordt geprezen voor je beginselvastheid, moet je je toch afvragen wat je fout gedaan hebt. Maar dit terzijde).

CDA-leider Henri Bontenbal klaagde vrijdag nadat deze aflevering van de soap weer met een sisser was afgelopen over het mateloze gestuntel van PVV I. Natuurlijk heeft hij gelijk, het is een aanfluiting. Maar stel je voor dat er bekwamere lieden dan Marjolein Faber (asiel- en migratiebeleid) hadden gezeten? Met het vernuft om wel dingen voor elkaar te krijgen? Dan waren we nog verder van huis.

Met al dit gelazer is de zaak waarmee het allemaal begon, de Jodenjacht in Amsterdam, de oorzaak en de nasleep, naar de achtergrond verdwenen. Er zal deze week wel een debat komen waar iedereen zijn gelijk gaat halen en verder niemand iets mee opschiet.

Omtzigt komt terug maar zou het iets uitmaken?