Is Nederland een normale democratie? Volgens PVV-leider Geert Wilders niet. ‘In een normale democratie wordt de leider van de grootste partij premier. Maar Omtzigt en Yesilgoz blokkeerden dat en anders was dit kabinet er nooit gekomen,’ meldt hij op X. ‘Maar wat niet is kan nog komen,’ schrijft hij er dreigend bij. ‘De tijd van buigen is voorbij.’
Op die laatste opmerking zullen we maar niet serieus ingaan (dat was vermoedelijk ook niet de bedoeling). Het eerste klopt, voor zover het de officiële geschiedschrijving betreft. Toch is het een staaltje van geschiedvervalsing, zoals Wilders heel goed weet.
Want wat zou er terecht zijn gekomen van de PVV-fractie zonder Geblondeerde Geert? Een gezelschap van voornamelijk lichtgewichten zonder politieke ervaring, dat al heel snel de kluts zou zijn kwijtgeraakt.
Of het kabinet zou er anders moeten hebben uitgezien. Fleur Agema niet naar Volksgezondheid bijvoorbeeld. Zou het dan trouwens zijn goed gekomen met de PVV-fractie? Dat valt te betwijfelen.
Bovendien is Wilders niet de meest geschikte figuur om de regering te leiden. Een premier moet – althans in het Nederlandse stelsel – kunnen wheelen en dealen en pappen en nathouden. Geen eigenschappen waaraan je meteen denkt als je Blonde Geert bezig ziet. Wilders is – zoals ik hier al vaker heb betoogd – een typische aanvaller, die het best tot zijn recht komt in de Tweede Kamer, in een oppositierol. Dan kun je tekeer gaan en politieke tegenstanders uitschelden voor ‘knettergek’ of ‘vunzig mannetje’.
Ben je daarentegen minister-president, dan moet je bemiddelen. Zorgen dat de boel niet uit elkaar klapt. Premier Dick Schoof mag dan geen echte politicus zijn, zijn ervaring als inschikkende ambtenaar komt hem goed van pas. Hij volgde deze koers door bijvoorbeeld financiële steun aan Oekraïne toe te zeggen. Omdat hij besefte dat de meeste coalitiepartners een andere opstelling niet zouden pikken.
Geert is te veel een Poetin-fan om zoiets geloofwaardig te kunnen doen. Hij is ook te zeer anti-EU om in Brussel de deur plat te lopen. Vermoedelijk had hij staatssecretaris Ingrid Coenradie ontslagen toen ze weigerde gevangenen rechtop te laten slapen. In de Tweede Kamer hoefde hij alleen maar voor een BBB-motie te stemmen. Kritiek op zijn houding toen de motie geen meerderheid kreeg, kon hij schouderophalend afdoen.
De VVD en het NSC zouden het waarschijnlijk niet gepikt hebben als de premier – ook al was dat Wilders – zich had onttrokken aan Oekraïnebijstand. Ze zouden – daar mag je tenminste van uit gaan – het kabinet na wat agressieve taal hebben opgeblazen, aldus de weg vrijmakend voor Frans Timmermans, Wilders’ politieke aartsvijand. Je zou het gejammer van Wilders eens moeten horen als dat gebeurd was.
Nu kunnen de twee tegenstribbelende coalitiepartijen nog tegen elkaar fluisteren: ‘Ach het is Geert maar. Die maakt altijd een hoop lawaai. Maar daar blijft het meestal bij. Goed dat hij geen premier is overigens.’
Geef een reactie