De Oekraïense president Volodymyr Zelensky is deze week in de VS op zijn periodieke bedeltoer. Hij doet de VN in New York aan en gaat in Washington langs in het Witte Huis om president Joe Biden en vicepresident en presidentskandidate Kamala Harris van de noodzaak van meer steun te overtuigen. Of hij ook aanklopt bij Donald Trump is nog niet duidelijk. De Republikeinse kandidaat weet niet of hij tijd kan vrijmaken. Hij voelt er sowieso niets voor om meer wapens en dollars naar Kiev te sturen.

Zelensky gaat daarnaast een ‘overwinningsplan’ presenteren waarmee hij Vladimir Poetin tot onderhandelen wil dwingen. Maar omdat de dictator in het Kremlin denkt dat hij aan de winnende hand is, kan dat niet meer zijn dan een pr-exercitie. Belangrijker voor Zelensky is dat Biden naast het overmaken van meer geld en sturen van wapens eindelijk toestemming geeft om middenlangeafstandsraketten in te zetten tegen doelen die verder in Rusland liggen. Met die raketten kan Kiev vliegvelden, wapendepots en logistieke en communicatieknooppunten aanvallen.

Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk hebben Oekraïne al toestemming geven om de door hen geleverde raketten in te zetten. Maar de regering in Washington is verdeeld, al lijkt Biden nu toch akkoord te willen gaan. Kiev vecht ‘met een hand op de rug’, terwijl Moskou raketten, drones en munitie uit Noord-Korea en Iran krijgt aangeleverd. Op den duur is dat niet vol te houden en dat is niet in het belang van het Westen. Desondanks aarzelen Washington en in zijn kleizog Berlijn, de belangrijkste bondgenoten van Kiev, telkens weer als Zelensky met zijn boodschappenlijst op de stoep staat.

Biden vreest verdere escalatie als hij permissie geeft die raketten in te zetten. Dat is een ‘rode lijn’ van Poetin die niet overschreden mag worden. De Russische dictator zinspeelt en dreigt om de haverklap met de inzet van kernwapens als het Westen ’te ver gaat’. Dat dreigement is inmiddels routine en bij eerdere wapenleveranties, van tanks tot de F-16-straaljagers, liet Poetin het bij woorden. Wanneer de rode lijn daadwerkelijk overschreden wordt, laat hij in het midden, zodat Biden in het ongewisse blijft. Dat de Amerikaanse president dit nucleaire risico niet wil nemen, is niet alleen begrijpelijk, het is zijn opdracht. De president moet in de eerste plaats de belangen van het Amerikaanse volk beschermen.

Terwijl Washington nu schoorvoetend richting Kiev beweegt, dreigt Berlijn pas op de plaats te maken. Tot dusver volgde kanselier Olaf Scholz bij alles wat hij deed Joe Biden.  Pas als Washington besloot tanks, luchtafweergeschut, bepaalde soorten munitie te leveren, volgde Berlijn,  meestal met enige vertraging. Maar nu neemt Scholz het initiatief en voor Kiev is dat slecht nieuws. Duitsland gaat nu ‘definitief’ geen Taurus-kruisraketten leveren. En juist de Taurus geldt met zijn bereik van 500 km en vernietigende springlading als het meest effectieve wapen tegen die verder in Rusland gelegen doelen.

Waarom stapt Scholz nu opeens uit de schaduw van Biden?

Buitenlandse politiek is altijd ondergeschikt aan de binnenlandse politiek. Het is een vuistregel waar Scholz zich niet aan kan en wil onttrekken. In Duitsland komen momenteel  twee binnenlandse ontwikkelingen samen die Scholz tot deze stap bewegen. Zijn positie is precair. Hij wordt gezien als de zwakste kanselier sinds de oorlog en zijn regering, een coalitie van zijn sociaaldemocratische SPD, Groenen en de liberale FDP, vecht vooral met en tegen zichzelf. Scholz wil volgend jaar bij de Bondsdagverkiezingen weer aantreden en zou dat graag doen als ‘vredeskanselier’. In Kiev is men bang dat Scholz met een ‘vredesinitiatief’ komt, waarbij de concessies, vooral opgeven van grondgebied, voornamelijk van hen moeten komen.

De tweede ontwikkeling is de opkomst van de populisten van rechts en links. Bij verkiezingen in drie Oost-Duitse deelstaten waren de extreemrechtse AfD en het links-nationalistische BSW de grote winnaars, met samen meer dan 40 procent (!) van de stemmen. AfD en BSW hebben de nodige  raakvlakken en zijn o.a. pro-Poetin, tegen hulp aan Oekraïne en anti-NAVO. Deze sentimenten leven vooral in Oost-Duitsland maar ook bij de linkervleugel van de SPD waar de ‘Putinversteher’ zich na een periode van beschaamd zwijgen weer beginnen te roeren.

Dit komt op een moment dat Oekraïne met de rug tegen de muur staat. Aan het oostelijke front, de Donbas, rukken de Russen stap voor stap verder op en bedreigen Pokrovsk, een belangrijk logistiek knooppunt. De inval vorige maand in de Russische provincie Koersk was ongetwijfeld goed voor het aangeslagen moreel. Niettemin kun je je afvragen of de legertop die troepen niet beter in de Donbas hadden kunnen inzetten. Intussen blijven de Russen de infrastructuur, energiecentrales en andere voorzieningen aanvallen en verwoesten.

Met de winter voor de deur moet de burgerbevolking murw gebeukt worden, zodat ze de handdoek in de ring gooit. Nog altijd willen de meeste Oekraïners doorvechten, maar hoe lang nog? Volgens de laatste schatting zijn 80.000 man gesneuveld en raakten 400.000 gewond. De Russische verliezen zijn veel groter, 200.000 doden en eveneens 400.000 gewonden. Alleen,  er zijn bijna vier keer zoveel Russen (144 miljoen) als Oekraïners (38 miljoen).

De oorlog is een uitputtings- en slijtageslag waarin Kiev zonder hulp van het Westen niet kan overleven, laat staan winnen. Maar in Washington en zeker in Berlijn hoor je steeds minder dat KIev moet winnen, dwz bevrijding van het bezette gebied, inclusief de Krim. Ooit zal er over vrede onderhandeld moeten worden, maar of Kiev dat vanuit een positie van kracht kan doen wordt met de huidige opstelling van het Westen steeds twijfelachtiger.