Elk halfjaar is een andere lidstaat voorzitter van de EU. Dat land wordt geacht alle Europese bijeenkomsten te leiden en compromissen te verzinnen voor de schier onoplosbare problemen die telkens opduiken. Nederland is het ook al diverse keren geweest, het laatst in 2016. Meestal slaakte het betreffende land een enorme zucht van opluchting als de verplichting weer voorbij was.

Of dat ook in Boedapest gebeurt is de vraag. Ik denk eerder dat in Brussel het geknal van champagnekurken weerklinkt als het Hongaarse voorzitterschap erop zit. Premier Viktor Orbán geldt namelijk in Brussel als Volksvijand Nummer 1 en die reputatie maakt hij helemaal waar.

Hij bracht al een bezoek aan Moskou, om zijn trouwe kompaan president Vladimir Poetin de warme broederhand te drukken. Ook ging hij op ‘vredesmissie’ naar China, waar hij voorgaf namens de EU te spreken. Weliswaar is hij niet bevoegd – ook niet als EU-voorzitter – om het Europese buitenlandbeleid ter sprake te brengen, maar hij deed het toch.

Von der Leyen staat het eigenmachtige gedrag van Orbán zo tegen dat ze besloten heeft geen Eurocommissarissen naar Hongarije af te vaardigen. Alleen EU-ambtenaren zullen daar hun opwachting maken. Want Orbán deed dan wel of hij zijn bezoeken aan Moskou en Peking aflegde als Hongaars premier, maar hij wekte bij beide gelegenheden duidelijk de indruk namens de EU te spreken.

Von der Leyen wil dat ook de lidstaten het laten afweten in Hongarije. Dat is niet aan dovemansoren gezegd in een aantal Europese hoofdsteden, maar niet in Nederland. Premier Dick Schoof wil van gelegenheid tot gelegenheid bekijken of het kabinet een minister of staatssecretaris naar Hongarije stuurt.

Schoof bevindt zich in een netelige positie, naar valt aan te nemen niet voor het laatst. Immers: de coalitiepartijen PVV en haar bijwagen BBB hebben zich in het regeerakkoord vastgelegd op financiële steun aan Oekraïne, maar van harte ging dat allerminst.

Sterker nog: Orbán is de grote vriend, om niet te zeggen het idool, van PVV-leider Geert Wilders. Die laat geen gelegenheid voorbij gaan om de Hongaarse premier de hemel in te prijzen. Dat hij instemde met verdere bijdragen aan Oekraïne was dan ook tandenknarsend. VVD en NSC zouden anders nooit en te nimmer een coalitie met hem mogelijk hebben gemaakt.

Die laatste twee partijen willen dat Schoof en de rest van zijn kabinet zich aansluiten bij de Europese boycot van Hongarije. Maar de PVV noemt dat bij monde van buitenlandwoordvoerder Raymond de Roon ‘gekkigheid’.

Het betreft het eerste grote conflict in de regeringscoalitie over dit zeer gevoelige onderwerp. Ik ben benieuwd wat het tweede zal zijn. En het derde, tenminste als het kabinet-Schoof zo lang bestaat.

Von der Leyen zal waarschijnlijk vaak op de kalender kijken. Nog maar 5,5 maand en ze is van Hongarije verlost. Daarna is Polen aan de beurt als EU-voorzitter. Dat was tot de laatste verkiezingen ook bepaald geen lidstaat die in de pas van Brussel liep, maar inmiddels is alles rustig daar. Toch?