Het CDA heeft de wind mee. In de peilingen maakt de partij een sprong van vijf zetels nu naar 15 tot 18. Daar moet je altijd bij zeggen dat het ‘dagkoersen’ dan wel ‘momentopnames’ zijn, maar de vooruitgang blijft spectaculair. De oorzaken kan iedereen die de polderpolitiek enigszins volgt uit de losse pols benoemen. Het is een aftelsom. PVV 1 maakt er een zooitje van. De coalitiepartijen zijn alleen in naam partners en gunnen elkaar niets. Frans Timmermans (GroenLinks/PvdA) is geen inspirerende oppositieleider, al gaat het beter sinds hij aan de lijn doet. En van de andere partijen, de splinters, valt nog minder te wachten.

Dan blijft een partij over die op het oog minder last heeft van de Binnenhofse treurnis: het CDA. Zoals bij elke partij is dat nauwelijks te danken aan een partijprogramma. Het programma van de christendemocraten bestaat voor een groot deel uit vage vroompraat over gemeenschapszin, moreel kompas en meer van dat fraais. Er zullen ongetwijfeld mensen zijn die daar warm voor lopen, maar dat zijn er niet genoeg om de sprong van vijf naar 15 tot 18 te verklaren. Dat is primair het werk van partijleider Henri Bontenbal.

Bontenbal biedt wat veel mensen van een leider verwachten. Die mensen willen fatsoen en bescheidenheid. De politicus moet niet hoog van de toren blazen en geen praats hebben. Nuchterheid en realiteitszin staan eveneens hoog aangeschreven. De problemen kunnen niet van de ene dag op de andere opgelost worden en daarom moeten de verwachtingen niet te hoog worden opgeschroefd. Het is de politieke variant van ‘doe maar normaal’ en ‘niet lullen maar poetsen’. Bontenbal wordt kennelijk gezien als de personificatie van deze deugden.

Een tijd lang leek het erop dat Pieter Omtzigt in de behoefte kon voorzien. Omtzigt is ook een nette man en had zich bewezen als de onvermoeibare strijder voor de slachtoffers van het toeslagenschandaal. Toen hij met zijn NSC het Binnenhof bestormde, dachten de meeste fans niet: wat een geweldig programma, daar ga ik voor. Ze kozen voor het NSC vanwege Omtzigt, de goedheiligman uit Enschede. En kwamen er tot hun verdriet achter dat Omtzigt geen leider is. Zijn partij staat nu op twee of drie zetels.

Bontenbal is vermoedelijk uit harder hout gesneden dan Omtzigt die de druk van leiderschap niet aankan. Toegegeven, hij heeft het voordeel dat hij eigenlijk van nul kon beginnen en de verwachtingen navenant bescheiden waren. Bovendien heeft hij het geluk dat de concurrentie, Rob Jetten van D66 en Timmermans, geen verpletterende indruk maken op de kiezer. Maar geluk hebben hoort bij het metier. (Napoleon scheen van zijn generaals vooral te willen weten of ze geluk hadden. Maar dit terzijde.)

De wind blaast nu zo stevig in het CDA-zeil, dat er volop gedacht wordt aan regeringsdeelname. Dan moet natuurlijk wel eerst het kabinet vallen en Bontenbal bij de verkiezingen de verwachtingen waar maken. Of het eerste snel gebeurt, weet ik niet. PVV 1 is sinds het begin aan het stuiptrekken, maar weigert vooralsnog de geest te geven. En of Bontenbal die 15 tot 18 zetels haalt, moeten we afwachten. Maar stel dat het zo uitpakt, dan zal het CDA vrijwel zeker toetreden tot een kabinet van de gevestigde middenpartijen, VVD, D66, en GroenLinks/PvdA. Of een dergelijk kabinet het vaderland gaat redden, staat te bezien. Voor hetzelfde geld wordt het een recept voor verdere stagnatie.

Een paar weken geleden sprak ik met een oud-collega die het CDA van binnenuit kent, als voorlichter en later ook als Kamerlid. Hij ‘moest het nog zien met Bontenbal’. Een goede uitslag bij de verkiezingen hield hij zeker voor mogelijk. Maar dan: een coalitie vormen met VVD en D66 was te doen, maar hij had zijn twijfels over GroenLinks/PvdA. Met de PvdA oude stijl, een bestuurspartij, zou het geen punt zijn, maar de fusiepartij dreigt gedomineerd te worden door GroenLinks, een activistische getuigenispartij. Dat is voor het CDA geen aanlokkelijk vooruitzicht, zei hij. Als de PvdA-veteranen Ad Melkert, Gerdi Verbeet en Hans Spekman van RoodVooruit er al geen brood in zien, waarom zou het CDA dat dan wel moeten?

Het is een sentiment dat ook leeft bij een andere partner in die toekomstige ‘middencoalitie’, de VVD. Met de PvdA, vooruit, maar van GroenLinks krijgen veel VVD-kiezers een waas voor ogen. Een coalitie met GroenLinks zou de uittocht van die kiezers betekenen.

Het zal ongetwijfeld toeval zijn, maar de afgelopen week presenteerde Frans Timmermans een ‘visiestuk’ dat als basis voor het programma van de fusiepartij zou kunnen dienen. In dat stuk wordt het sociaaldemocratische smaldeel de hand gereikt. Er staan uiteraard veel grote woorden in, maar de kern bestaat uit het versterken van de verzorgingsstaat en, als lokkertje voor de VVD, een pleidooi voor de ‘middenklasse’ en ‘fatsoenlijke ondernemers’. Daarnaast kruipt hij met een gematigde verscherping van het migratiebeleid richting de VVD en het CDA. Of die verschuivingen voldoende zijn voor deze partijen, is de vraag, maar daar kan je over onderhandelen. Als Timmermans er tenminste in slaagt zijn GroenLinkse vrinden te overtuigen, want het GroenLinkse spook moet voor de toekomstige partners wel aan de ketting.

Enfin, vooralsnog is dit toekomstmuziek. Maar omdat PVV 1 zich elk moment kan opblazen, mag je aannemen dat de meeste partijen begonnen zijn met de voorbereidingen van de campagne. De verkiezingen worden de eerste test voor Bontenbal. En als hij daarvoor slaagt, komt de echte vuurproef. Dan moet hij bij de formatieonderhandelingen laten zien wat hij waard is.